donderdag 26 januari 2012

De afkoeling kan beginnen

De eerste horde is genomen: in de loop van de weekend begint het te vriezen. We kunnen ons nu stilaan buigen over de volgende vragen: hoe koud wordt het precies en zal het hard genoeg vriezen om een ijsvloer van betekenis te krijgen? Hier en daar rijst ook al de vraag: hoe lang zal deze koudere periode duren? Deze laatste kunnen we het gemakkelijkste beantwoorden: dat weten we nog niet.

Deze namiddag (donderdag) trekt een koufront langzaam van west naar oost over ons land. Het is verbonden aan een depressie met kern tussen Schotland en IJsland. Achter dit front zit wat minder zachte, maritiem polaire lucht. Daarmee zetten we vandaag al een eerste stapje richting afkoeling. Komende nacht klaart het uit. Het kwik zakt morgenochtend tot net boven het vriespunt. Morgen vrijdag is het 's ochtends nog vrij zonnig, in de loop van de dag valt er plaatselijk een bui. Het kwik loopt nog op tot een graad of 7.


De weerkaart voor zaterdagmiddag: een opvullende depressie ligt boven ons land. We komen stilaan onder invloed van het stevige Russische hogedrukgebied.

Zaterdag ligt een opvullende depressie, die is komen afzakken van boven de Noordzee, vlak boven ons land. Ze trekt in de loop van de dag nog wat meer naar het zuiden. Daardoor kan het krachtige hogedrukgebied boven Rusland (kerndruk 1055 hPa) uitbreiden naar onze omgeving. De wind ruimt naar het oosten. Er vallen zaterdag nog enkele buien, maar geleidelijk sterven ze uit. De maxima liggen zaterdag rond 6°C, plaatselijk heeft het dan 's ochtends al licht gevroren.

Zondag verandert er weinig op de weerkaarten. Het hogedrukgebied blijft vrijwel op dezelfde plaats liggen. De aangevoerde continentale lucht wordt droger en kouder. Zondagochtend vriest het overal in Vlaanderen licht. We zien overdag geregeld de zon, het blijft droog en de maxima blijven steken bij +3 à +4°C. In de nacht van zondag op maandag vriest het licht tot matig.

Voor maandag en dinsdag zijn de grote weermodellen nog altijd eensgezind. Zowel ECMWF2600 als GFS2600 houden het hogedrukgebied nog op zijn plaats boven Rusland, met een uitloper naar Scandinavië. Boven de Middellandse Zee ligt een ondiepe depressie. De temperatuur op 850 hPa (ongeveer 1500 meter hoogte) daalt naar -8°C, waardoor het ook op grondniveau kouder wordt. Maandag en dinsdag zijn vrij zonnige dagen, met een maximumtemperatuur iets boven het vriespunt en minima rond -5 à -6°C in het Gentse. In het uiterste westen van Vlaanderen vriest het wat minder hard, in het oosten kan het nog wat kouder worden.

Vanaf woensdag neemt de onzekerheid op de weerkaarten toe. Als we op de hoogtekaarten kijken, zien we eigenlijk geen erg stevige blokkade. In grote lijnen loopt er op grondniveau een hogedrukgordel van de Azoren over Zuid-Scandinavië naar Rusland. Zolang de as van deze gordel ten noorden van onze omgeving blijft, kan ook de vorst zich handhaven of zelfs nog verscherpen. Als de as te veel naar het zuiden zakt, kunnen we vrij snel in een westcirculatie terecht komen. Dat gebeurt onder andere in de operationele berekening van ECMWF2600. Daar is het eind volgende week al over en uit met de vorst. Deze berekening krijgt niet al te veel bijval. In het EPS laten de meeste leden de kou wel voortduren. Voor zaterdag 4 februari bijvoorbeeld zien we dat er 60 procent kans is op matige tot strenge vorst tijdens de ochtenduren. De kans op lichte vorst diezelfde ochtend is 15 procent en de kans dat het die ochtend niet meer vriest bedraagt 25 procent.



De EPS-pluim voor het zuiden van Nederland: eensgezind tot en met dinsdag, daarna is de spreiding erg groot. (bron grafiek: weerplaza.nl)

IJsvorming
De ijsvorming op vijvers, sloten en plassen begint goed op gang te komen in de nacht van maandag op dinsdag. De licht positieve maxima kunnen weinig kwaad. De aangevoerde continentale lucht is erg droog. De dauwpunten blijven overdag rond de -4°C hangen. Dat betekent dat het ijs ondanks de licht positieve luchttemperatuur niet afsmelt. Er staat weinig wind en ook dat is positief voor de vorming van een eerste ijslaagje. Tegen woensdag kan er op veel ondiepe vijvers en sloten al een laagje ijs liggen van enkele centimeters dik. Uiteraard is dat nog lang niet betrouwbaar. Of de ijsvorming na woensdag nog verder gaat en we uiteindelijk in Vlaanderen ook op de schaats komen, is nog niet duidelijk. Voorlopig schat ik de kans rond de vijftig procent. Het noordoosten van Nederland heeft zoals vaak wat betere papieren. Daar is de kans vrij groot dat woensdag een aantal ijsbanen de deuren kunnen openen en misschien droomt er in Noordlaren of Veenoord niet geheel onterecht al iemand van de eerste marathon op natuurijs. Maar dan allicht zonder de toppers in het marathonschaatsen, want die zijn komende dinsdag en woensdag nog in Oostenrijk aan de slag, op de Weissensee.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten