zaterdag 31 december 2011

Een recordzacht jaar

Zonder verdere commentaar: de verwachte minima voor de nacht van oud naar nieuw.
Vraag aan de doorsnee Vlaming om het voorbije weerjaar samen te vatten en de kans is groot dat hij of zij antwoordt: "Een strenge winter en een rotzomer." De kans dat hij/zij antwoordt: "Het is gemiddeld nog nooit zo warm geweest" is een stuk kleiner. Nochtans is dat laatste het geval. De gemiddelde jaartemperatuur komt voor Ukkel (en voor Drongen) uit op 11,6°C. Dat is nog nooit eerder gebeurd.

Die perceptie van een strenge winter is volledig op de rekening te schrijven van december 2010. Die maand was inderdaad koud en vooral erg sneeuwrijk. Maar vanaf januari bakte de winter 2010-2011 er totaal niets meer van. Januari 2011 was met een gemiddelde temperatuur van +4,3°C bijna 2 graden zachter dan normaal. Met +5,6°C verliep februari zelfs 2,4°C te zacht.
Ook alle andere maanden van 2011 waren een stuk warmer dan normaal, behalve juli (1,4° te koud) en augustus (met 16,9°C perfect normaal). In die twee maanden viel er ook nog vrij veel regen, zodat het beeld van een erg slechte zomer is ontstaan. Niet ten onrechte, trouwens. Het bewijst dat "opwarming van het klimaat" niet hetzelfde is als "beter weer" of "mooiere zomers".

Zo spectaculair december 2010 was voor winterliefhebbers, des te treuriger was december 2011: één schamel vorstnachtje, met -0,5°C op 1 december. Met een gemiddelde temperatuur van 6,2°C was deze maand bijna drie graden zachter dan normaal. Plaatselijk viel er bijna 200 mm regen op 1 maand tijd. Gelukkig was november bijna recorddroog, zodat er nog geen sprake was van wateroverlast.

Vooruitzichten
Over de winterse vooruitzichten kunnen we kort zijn. De westcirculatie blijft de komende tien dagen op volle toeren draaien. Het blijft zacht, wisselvallig en bij momenten erg winderig. De kans op nachtvorst is verwaarloosbaar klein en de maxima liggen vandaag en morgen rond 12°C, daarna rond 9°C. In het EPS van deze ochtend zien we helemaal op het einde van de verwachtingsperiode het gemiddelde voor de maxima dalen naar +5°C, voor de minima is dat +1°C. Dat zijn zo ongeveer de normale waarden voor januari.

Belgisch record 3000 meter
Is er ook nog goed nieuws voor de schaatsliefhebber? Niet op het weerfront, wel van het kunstijs. Bart Swings heeft een nieuw Belgisch record gevestigd op de 3 kilometer. In het Duitse Erfurt reed hij 3'45"91 over deze afstand, meldde hij gisteren via Twitter. De traditionele media hebben deze recordverbetering zo te zien nog niet opgemerkt.

vrijdag 23 december 2011

Het blijft zacht


*** let op: DIT IS EEN ARCHIEFARTIKEL UIT 2011 ***



De 52 EPS-berekeningen voor de temperatuur in de regio Zuidwest-Nederland (bron: weerplaza.nl)
Er ligt voor sneeuw-, ijs- en andere winterliefhebbers geen mooie verrassing onder de kerstboom dit jaar. Op weergebied, bedoel ik dan uiteraard. Binnen de betrouwbare termijn (zeg maar: een week vooruit) is er geen sprake van winterweer en ook in het zogenaamde "glazenbolbereik", tot veertien dagen vooruit, ziet geen enkel model ook maar een greintje winterweer opduiken.

Oorzaak van het uitblijven van winterweer in grote delen van Europa, is een op volle toeren draaiende westcirculatie. We zien op de weerkaarten een typische luchtdrukverdeling, met een stevig hogedrukgebied in de omgeving van de Azoren en een depressie nabij IJsland. Komende nacht trekt een koufront over ons land met wat regen en enkele windstoten. Achter dit front zit iets minder zachte, maritieme lucht. Het eerder genoemde hogedrukgebied kruipt daarna via Frankrijk het Europese vasteland op. We komen op de noordelijke flank van deze anticycloon te zitten, waardoor de storingen enkele dagen ten noorden van ons richting Oost-Europa en Rusland trekken.

Na het iewat minder zachte intermezzo morgen zaterdag, met maxima rond 6 à 7°C, wordt vanaf Kerstdag alweer van oorsprong subtropische lucht aangevoerd met maxima die oplopen tot 10°C of zelfs nog wat meer. Het blijft droog en er zijn enkele opklaringen, zodat we eerder kunnen spreken van aangenaam herfstweer dan van winterweer...
Dat blijft zo maandag en dinsdag. De kern van het hogedrukgebied kruipt dan nog wat dichter naar onze omgeving. De bewolking kan dan wel wat hardnekkiger zijn, zodat het 's nachts ondanks het rustige weer nauwelijks afkoelt. De minima liggen dinsdag rond 4°C, de maxima rond 7°C.
Vanaf woensdag trekt de kern van het hogedrukgebied verder naar het oosten en komen we onder invloed van een Atlantische depressie.

Geen horrorwinter... totnogtoe
Tot en met de eerste dagen van 2012 blijft de westcirculatie heersen. Vreemd dat geen enkele langetermijn-profeet deze veelvoorkomende en persistente zachte wintersituatie zag aankomen. Of misschien was dat wel het geval en zijn die zachte verwachtingen gewoon ondergesneeuwd geraakt door de veel mediageniekere aankondigingen van ijskoude "horrorwinters". Allicht leggen we ons er gewoon het best bij neer dat een performante weersverwachting voor een termijn van meer dan tien dagen nog niet haalbaar is voor onze omgeving.

Ik wens alle lezers van De IJsverwachting een zalig Kerstfeest!

maandag 19 december 2011

Kort sneeuwintermezzo



Het Amerikaanse weermodel had haar twee dagen vooraf nog ten noorden van ons land berekend, het Europese weermodel ten zuiden van ons. Uiteindelijk trok de stormkern vrijdag pal over ons land naar Duitsland. Daardoor stormde het vrijdagochtend boven Frankrijk, terwijl in een deel van Nederland 's ochtends wat natte sneeuw viel. Daarna stroomde tijdelijk vrij koude lucht naar onze omgeving, zodat de neerslag geleidelijk een winters karakter kreeg. De Hoge Venen kregen een sneeuwdek van zo'n 20 cm, ook in grote delen van Vlaanderen werd het tijdelijk wit. In Drongen lag zondagavond een nat sneeuwdekje van 2 à 3 cm (zie foto).


Het plaatselijke sneeuwtapijtje van gisteravond en vanochtend betekent niet dat de winter er nu aan komt. Het komt wel meer voor tijdens winters met een stevige westcirculatie. Structureel winterweer maakt dan geen kans, maar in de zogenaamde "achterkamer" van de opeenvolgende stormdepressies zit meestal polaire of soms arctische lucht. Die zorgt dan tijdelijk voor winterse neerslag. Dat was bijvoorbeeld ook het geval met de beruchte storm van 1 februari 1953, die leidde tot de verschrikkelijke overstromingsramp in het zuidwesten van Nederland en - in minder mate - Vlaanderen. Minder bekend is dat na afloop van die storm verschillende dorpen in de Ardennen van de buitenwereld waren afgesloten door zware sneeuwval.


Vandaag maandag is het nog eventjes koud (of beter gezegd: minder zacht), maar vannacht trekt een warmfront over het land en is het afgelopen met de winterse neerslag. De eerste neerslag kan in Vlaanderen misschien nog vallen als wat natte sneeuw, maar lang duurt dat in elk geval niet. Het kwik loopt in de loop van de nacht steeds verder op en tegen morgenochtend is het +6°C.


De volgende dagen zien we het hogedrukgebied van de Azoren zich uitbreiden naar Spanje en voor wie hoopt op winterweer, is dat één van de slechtst denkbare scenario's. Aan de noordflank van dit hogedrukgebied stroomt immers maritieme lucht van subtropische oorsprong naar ons land. In die stroming trekken geregeld fronten mee die zorgen voor regen, maar grote hoeveelheden worden voorlopig niet meer verwacht. De maxima lopen verder op en liggen donderdag en vrijdag rond 9 à 10°C. Minima woensdag rond 3°C, donderdag rond 6°C en vrijdag zelfs rond 9°C.


Vrijdag zou dan een koufront van west naar oost over Vlaanderen trekken, waarna een hogedrukkern zich in onze buurt vestigt. Daardoor ligt komend weekend de temperatuur weer enkele graden lager. Kerstdag zou droog verlopen, met 's ochtends minima dicht in de buurt van het vriespunt. Overdag ligt het kwik op Kerstdag rond 6°C.


Als de kern van het hogedrukgebied boven onze omgeving blijft liggen, kan dat enkele koudere dagen opleveren. Maar de meeste computerberekeningen laten ze ten zuiden van ons land postvatten. Dat betekent dat we de meeste kans maken op een aanhoudende westelijke stroming met zacht weer. Koning Winter krijgt voorlopig geen vaste voet aan de grond en het ziet er niet naar uit dat daar voor 2012 nog verandering in komt.

woensdag 14 december 2011

Eerste natte sneeuw en onzekere storm

Het is gebeurd. Vandaag is in Drongen (en grote delen van westelijk Vlaanderen) de eerste bui gevallen met natte sneeuw. Zeg maar de "verdwaalde winterse bui" waarvan sprake in de vorige bijdrage. De maritiem polaire luchtmassa was net koud genoeg en in de onderste regionen droog genoeg om de eerste smeltende sneeuwvlokken te produceren, in het winter-jargon ook wel "natte flatsen" genoemd. "De luchtmassa droog genoeg?", vraagt u zich misschien af. "Het was toch nat?" Ik verklaar mij nader. Het was rond de middag ongeveer +5° aan de grond. Op 1500 meter was het -3°C. De sneeuw die hoog boven onze hoofden naar beneden viel, begon uiteraard te smelten toen ze in de warmere lucht dicht bij het aardoppervlak terecht kwam. Als de lucht niet verzadigd (dus droog genoeg) is, kan dat smeltwater ook nog eens verdampen. Het smelt- en verdampingsproces is endotherm: het onttrekt warmte aan de omgeving. Met andere woorden: tijdens de felste buien koelt de lucht serieus af. Het kwik daalde tot +1,5°C en de natte sneeuwvlokken konden tot op de grond vallen.

Ook morgen kunnen er in eerste instantie nog wat winterse buien vallen. Stilaan komen we onder invloed van een kleine, maar venijnige stormdepressie. De weermodellen worstelen nog altijd met de precieze koers en ontwikkeling van dit lagedrukgebied. De kern passeert immers vlak in de buurt. In die kern is het vrijwel windstil, terwijl het 100 kilometer verder op kan stormen. Het Amerikaanse GFS-model berekent in de jongste modelrun de kern vrijdagochtend boven Nederland. Dat zou aan onze kust stormweer betekenen uit westnoordwest tot noordwest. Ook het Britse UKMO-model berekent zo'n stormscenario. Het Aladin-model berekent de kern een fractie meer naar het zuiden. Daardoor komt het stormveld boven Noord-Frankrijk te liggen en is het in onze omgeving vrijwel windstil. Een minimaal verschil in locatie, maar een reusachtig verschil in weerbeeld.

Het Europese ECMWF-model laat in de 12Z-run van vandaag de kern nog zuidelijker passeren. Dat kan dan weer voor een andere verrassing zorgen: de wind waait dan uit het oosten, er valt veel neerslag en met relatief koude bovenluchten kan dat dan sneeuw zijn: smeltende sneeuw in Vlaanderen en droge sneeuw in de hogere Ardennen. Ik sluit niet uit dat er in dat geval ook in grote delen van Vlaanderen een papperig sneeuwdekje komt te liggen bij temperaturen die nauwelijks boven het vriespunt uitkomen. Maar het blijft dus uitermate onzeker: bij de scenario's van GFS en UKMO is er van sneeuw op vrijdag geen sprake.

Wat wel weer zeker is: als de stormdepressie eenmaal naar het oosten is getrokken, komen we opnieuw in maritiem polaire lucht terecht waaruit tijdens het weekend weer wat winterse buien kunnen vallen. Vooral zondag is het killig, met maxima rond 4°C en minima rond het vriespunt.

Op de lange termijn kwam de operationele berekening van GFS vanavond met een winterse oplossing, het ECMWF met een zachte. In het ensemble zijn de winterse oplossing in de minderheid. Maar laat ons nu eerst maar focussen op de korte termijn. Die is al spannend genoeg.

zaterdag 10 december 2011

Het blijft winderig

De kaart van het Europese weermodel voor komende vrijdag toont een indrukwekkende stormdepressie.
Hoewel we een winderige week achter de rug hebben, was het op deze blog eerder windstil. Ik nam deel aan een internationale workshop en training voor mariene meteorologen, samen met vijftien collega's uit heel Europa en Noord-Amerika. In de weinige vrije tijd die daarna nog overbleef, heb ik met argusogen de wind en het getij aan onze kust gevolgd. Na een kalme periode stond er donderdagnamiddag en -avond voor het eerst sinds twee jaar nog eens volle storm (9 Bft) op ons deel van de Noordzee. Het hoogwater van vrijdagmiddag werd daardoor meer dan 1 meter extra opgestuwd, maar aangezien we net uit een periode met dood tij kwamen, leverde dat geen gevaar op. Als het springtij was geweest, dan hadden we ongetwijfeld alle zeilen moeten bijzetten om de stormvloed te keren. We mogen niet vergeten dat onze Noordzee een slapende reus is: meestal rustig, kalm en ogenschijnlijk ongevaarlijk, maar meedogenloos verwoestend als een aantal noodlottige factoren samenvallen.

Ook volgende week moeten we de stormachtige ontwikkelingen goed in de gaten houden. Oorzaak van al dat geweld is een erg sterke en zonale straalstroom boven de Atlantische Oceaan. Die genereert constant nieuwe depressiekernen op zeeniveau. Morgen zondag en overmorgen maandag is het nog relatief rustig. Op dinsdag zien we een diepe depressiekern (950 hPa) in de buurt van Schotland. De noordkust van Ierland krijgt de volle laag, met 10 à 11 Bft. Op ons deel van de Noordzee komt opnieuw een volle 9 Bft te staan. Opnieuw hebben we geluk: de stormwind waait uit ZZW en zal dus het water van onze kust wegblazen. Deze lagedrukkern zorgt ook op woensdag nog voor veel wind.

Zowel het Amerikaanse als het Europese weermodel berekenen voor vrijdag 16 december een erg diepe depressiekern (940 hPa) in de omgeving van Schotland. Of het zo ver komt, is nog niet zeker. Op een week tijd kunnen de weerkaarten nog drastisch veranderen. Maar de gelijkenis tussen de twee modellen is opvallend en toont de potentie van de huidige situatie aan. Bovendien zitten we dan nog op het einde van een springtij-periode. In combinatie met een eventuele zware noordwesterstorm, kan dat erg hoge waterstanden opleverenn. We kunnen dus maar beter tijdig op onze hoede zijn.

Het hoeft niet gezegd: met deze sterke westelijke stroming krijgt de winter voorlopig geen poot aan de grond in West-Europa. In de maritiem polaire lucht kan het 's nachts wel eens licht vriezen als de wind tijdelijk wegvalt. Een verdwaalde winterse bui (of sneeuwbui in de Ardennen) is nu en dan mogelijk, als na de doortocht van een koufront de bovenluchten tijdelijk kouder worden. Maar structureel winterweer zit er de eerste week niet aan te komen. Toch blijven we de situatie in de gaten houden. Het is altijd mogelijk dat na een stevige stormdepressie het stromingspatroon radicaal omkeert. Een beperkt aantal leden van het EPS hebben dat al een aantal keer laten zien. En geef toe: dit actieve stormweer heeft ook wel zijn charmes.
Ook het Amerikaanse weermodel ziet komende vrijdag een diepe stormdepressie.

zondag 4 december 2011

Eerste Ardense sneeuw

De westcirculatie raast momenteel op volle toeren, wat we merken aan het winderige en wisselvallige weer met vrij normale temperaturen voor de tijd van het jaar. Dat blijft nog enkele dagen zo duren. Daarbij voeren de depressies maritiem polaire lucht aan die soms koud genoeg is om de eerste Ardense sneeuwvlokken van betekenis te produceren. Boven de 500 meter is daarbij de volgende dagen een tijdelijk sneeuwdekje mogelijk. Waarschijnlijk blijft de westcirculatie nog een tijdje doordenderen, al zijn er in de modellen een paar schuchtere blokkadepogingen opgedoken. Dat zou kunnen leiden tot een kouder weertype, maar zo ver is het voorlopig nog niet.

Voor een uitgebreide bespreking van de kans op Ardense sneeuw, verwijs ik graag door naar de blog van collega Karim, specialist ter zake. In Vlaanderen lijkt het de volgende dagen vooral herfst. Momenteel zien we een diepe depressie voor de Noorse kust. Daardoor staat er ook bij ons komende nacht een strakke wind en op volle zee tijdelijk een stormachtige wind. De randdepressie waarvan sprake in de vorige bijdrage, heeft zich uiteindelijk nauwelijks ontwikkeld en blijft beperkt tot een golftop op het koufront die de wind in onze omgeving niet extra aanwakkert.

De moederdepressie blijft de volgende dagen ongeveer op dezelfde plek bivakkeren en produceert diverse kernen aan de grond, waarbij er een aantal stormpotentie hebben op zee. Ook in onze omgeving blijft er tot en met vrijdag veel wind staan. Vanaf volgend weekend zijn er twee mogelijkheden. De kans is het grootst dat de westcirculatie op stoom blijft en het wisselvallige herfstweer aanhoudt. Een beperkt aantal modelberekeningen laten een blokkade ontstaan met winterse aspiraties. Ze zijn sterk in de minderheid, maar ze tonen wel aan dat het nog te vroeg is om nu al met zekerheid te stellen dat de maand december geen winterweer meer zal opleveren.

Voorlopig moeten we het dus stellen met wisselvallig herfstweer. Morgen maandag en dinsdag is het overdag vrij koud, met maxima rond 6°C in het Gentse. Door de strakke wind en de bewolking koelt het 's nachts niet erg af. De minima liggen rond 3°C. Woensdag en donderdag is de aangevoerde lucht weer wat zachter, met maxima rond 10°C. Vooral in de nacht van dinsdag op woensdag kan er vrij veel regen vallen. Vrijdag is het opnieuw wat kouder, met maxima rond 6°C. Daarna wordt de temperatuursverwachting erg onzeker.

Als we het gemiddelde nemen van de 51 berekening van het ECMWF-model voor 12 december zien we dat een westcirculatie het meest waarschijnlijk is.

De operationele berekening van het ECMWF-model toont voor 12 december wel een voorzichtige aanzet tot een hogedrukgebied op een gunstige plaats. Nog niet om serieus te nemen, wel om in het achterhoofd te houden.

woensdag 30 november 2011

Stormachtige ontwikkelingen

Morgen begint voor meteorologen de winter. Ik haal nu een huizenhoog cliché uit de kast: "Maar daar valt in de praktijk erg weinig van te merken. Het lijkt integendeel wel of de herfst begint." Zo. Dat is er alvast uit. We ruilen inderdaad het rustige hogedrukweer van de voorbije maanden in voor wisselvallige en soms onstuimige depressie-activiteit. De temperaturen zijn daarbij normaal voor de tijd van het jaar.

Op veel plaatsen gaat november 2011 als een recorddroge novembermaand de archieven in. Daarvoor is een hogedrukgebied verantwoordelijk dat vrijwel de hele maand boven Oost-Europa lag. In de late herfst en winter betekent "droog" ook vaak "koud". Dat was nu niet het geval. Omdat wij meestal aan de westelijke flank van deze anticycloon lagen, stroomde er dikwijls zachte lucht naar onze omgeving. Tijdens een aantal heldere en windstille nachten kon het wel wat afkoelen door uitstraling. Dat leverde zes novembernachten met lichte vorst op.

Verwachting
De volgende dagen krijgen we heel ander weer. De hoge luchtdruk boven Oost-Europa verdwijnt en het Azorenhoog neemt zijn vertrouwde positie in. Boven de noordelijke Atlantische Oceaan zien we talrijke depressiekernen komen en gaan. Met andere woorden: we hebben te maken met een klassieke westcirculatie.
Morgen donderdag ligt een golvend koufront boven onze omgeving. Voor het eerst sinds lang gaan de hemelsluizen dan nog eens goed open. De maxima liggen rond 12°C. Vooral morgenvoormiddag staat er ook een stevige wind: 4 à 5 Bft in het binnenland. Op volle zee is tijdelijk een stormachtige 8 Bft mogelijk.
Vrijdag zorgt een mobiele hogedrukwig voor een tijdelijke weersverbetering. Er zijn opklaringen en het blijft vrijwel de hele dag droog. In de maritiem polaire lucht achter het koufront liggen de maxima iets lager, rond 8 à 9°C.
Zaterdag zitten we in de warme sector van een depressie met kern in de omgeving van IJsland. We krijgen het typische weer dat daar bij hoort: eerst passeert het warmfront met veel lage bewolking en aanhoudende regen. In de warme sector zelf is het grijs en vochtig, met oplopende temperaturen. De maxima liggen rond 11°C. In de namiddag volgt het koufront met buiige neerslag, gevolgd door opklaringen.
Zondag wordt het uitkijken naar een randdepressie die zich op de Atlantische Oceaan ontwikkelt ter hoogte van de 50ste breedtegraad en die met de straalstroom snel onze kant uitkomt. Onder gunstige omstandigheden (of ongunstige, het is maar hoe je het bekijkt) kan deze randdepressie uitgroeien tot een zware storm, maar dat zal pas de volgende dagen duidelijk worden. Het lijkt wel al vrij zeker dat er aan de kust op zijn minst een harde en op zee op zijn minst een stormachtige wind komt te staan.

Verdere vooruizichten
Het EPS-gemiddelde voor vrijdag 9 december: een wat naar het noorden aangepunt Azorenhoog zorgt voor een noordwestelijke stroming.
Na het weekend lijkt het Azorenhoog een iets noordelijkere positie in te nemen. Boven Scandinavië blijft de luchtdruk laag. Dat resulteert in onze omgeving in een westelijke tot noordwestelijke stroming. Het bijhorende weerbeeld: wisselvallig, vaak winderig en normale temperaturen voor de tijd van het jaar met maxima rond 7°C en minima rond 3°C. In de zogenaamde "achterkamer" van de depressies kan tijdelijk iets koudere lucht naar onze omgeving stromen, waarbij in de hoge Ardennen tijdelijk wat winterse neerslag valt. In Vlaanderen moeten we daar voorlopig niet op rekenen.
In de vijftiendaagse EPS-verwachting valt vooral op dat gedurende de hele perioder er minder dan 10 procent kans is dat er continentale lucht wordt aangevoerd. De kans op nachtvorst in het westen van Vlaanderen is de eerste week vrijwel nihil en stijgt gedurende de tweede week tot 20 procent.

vrijdag 25 november 2011

Nieuw PR voor Swings op 1500 meter



Dit weekend zijn er wereldbekerwedstrijden langebaan op de gloednieuwe en naar verluidt prachtige 400 meter-ijsbaan van Astana, de hoofdstad van Kazachstan. Vandaag stond voor de heren de 1500 meter op het programma. Bart Swings trad aan in de B-groep. Hij deed het daarbij niet slecht. Met een tijd van 1'49"24 werd hij vierde in die groep. Een verbetering van zijn persoonlijk record en nog drie tienden boven het Belgische record van Bart Veldkamp (1'49"00).


De ijsbaan van Astana ligt op 340 meter hoogte: niet echt een laaglandbaan, maar zeker ook geen hooggelegen ijsbaan. We mogen er van uit gaan dat Swings het BR zal verbeteren bij zijn eerstvolgende wedstrijd op een hooggelegen baan. Daar is de luchtweerstand minder groot en zijn dus snellere tijden mogelijk. Ook Veldkamp vestigde zijn record op een hooglandbaan, in Calgary in 2001. Gezien de progressie die Swings maakt, is het volgens mij zelfs niet uitgesloten dat hij het record eerder al verbetert op zeeniveau. Waarom niet volgend weekend, op de wedstrijden in Heerenveen?


Ondanks deze prestatie blijft Swings op de 1500 meter voorlopig actief in de B-groep. Hij is nu eenmaal vooral een man van de lange adem. In de A-groep reden 19 van de 20 deelnemers sneller dan Swings. In totaal was hij in Astana dus goed voor de 23ste tijd op de 1500 meter.


Morgen zaterdag rijdt Swings in Astana wel in de A-groep op de 5000 meter. De wedstrijd begint om 12.15 uur. De live-stream van de NOS is jammer genoeg niet te bekijken in België. Om 17 uur zendt Studio Sport wel een uitgebreide samenvatting uit op Nederland 1.


De tussenstand is hier wel live te volgen op de uitstekende website van de Nederlandse schaatsbond KNSB, http://www.schaatsen.nl/.






(Bronnen: http://www.schaatsen.nl/, wikipedia)

Hersftig novembereinde

Precies een jaar geleden viel Koning Winter spectaculair de Lage Landen binnen en stonden we aan de vooravond van de koudste december van de voorbije veertig jaar. Daar is dit jaar absoluut geen sprake van. De laatste dagen van november en de eerste decemberdagen krijgen we het weertype dat hoort bij deze tijd van het jaar: herfstweer.

Synoptische bespreking We zien vandaag twee hoofdrolspelers op de weerkaarten in onze omgeving. De eerste is een stevig hogedrukgebied met kern (1034 hPa) boven de Golf van Biskaje. Ter hoogte van de Noorse kust ligt een erg diepe depressie, met een kerndruk van 941 hPa, die de omgeving teistert met orkaankracht. Tussen beide systemen staat boven ons land een westelijke stroming, die zachte, maritieme lucht aanvoert. Uitstekend nieuws voor de luchtkwaliteit. Het vuile inversielaagje dat ons de voorbije weken parten speelde, wordt binnen de kortste keren weggeblazen en vervangen door zuivere zeelucht.

Het koufront dat vandaag met bewolking maar weinig of geen neerslag over ons land trok, is verbonden aan de eerder genoemde indrukwekkende stormdepressie, waar we voor de rest weinig of niets van zullen merken. Een nieuwe depressiekern die zich uitdiept ten westen van de Britse Eilanden, zal zich meer laten gelden in onze omgeving. In de loop van zaterdag spant de wind aan op nadering van een nieuw koufront. Er kan dan ook in het binnenland tijdelijk een 5 à 6 Beaufort komen te staan. Een koufront met veel wind, maar weinig regen. De droogte blijft dus nog eventjes aanhouden. Zondagavond breidt het hogedrukgebied zich tijdelijk uit naar onze omgeving en valt de wind vrij abrupt bijna volledig weg.

De dagen daarna lijkt er weinig te veranderen: depressies ten noorden van ons, hoge luchtdruk ten zuiden. Er valt nu en dan wat regen, maar geen enkel model voorziet voorlopig grote hoeveelheden. De temperaturen zijn normaal voor de tijd van het jaar en het is niet uitgesloten dat er tegen volgend weekend wat winterse neerslag valt in de hoge Ardennen. Dat kan als de stroming voldoende noordwestelijk wordt en er wat koudere lucht op grote hoogte wordt aangevoerd. De ECMWF-run van deze ochtend liet een dergelijk scenario zien. In Vlaanderen hoeven we voorlopig nog geen vlokken te verwachten, zelfs geen kletsnatte.

Verwachting
Komende nacht is het licht bewolkt en droog bij minima rond 3°C. Morgen eerst lichtbewolkt, maar in de loop van de dag neemt de bewolking toe en spant de wind aan. De maxima liggen rond 11°C. Zondag eerst veel wind en wolken en een beetje regen, later op de dag opklaringen en minder wind. 's Ochtends ligt het kwik rond 9°C, 's middags rond 13°C.
In de nacht van zondag op maandag klaart het uit en valt de wind volledig weg. Daardoor liggen de minima rond het vriespunt en vriest het vrijwel overal aan de grond. De maxima liggen maandag rond 8°C.
Vanaf dinsdag staat er opnieuw meer wind en vanaf woensdag valt er nu en dan wat regen. Van nachtvorst is opnieuw geen sprake meer. De minima liggen de rest van de week rond 5°C, de maxima rond 10°C. Vooral op donderdag en vrijdag kan er wat meer regen vallen. Ook de vijftiendaagse EPS-verwachting biedt voorlopig geen uitzicht op winterweer.

donderdag 24 november 2011

Westcirculatie

Ze is een hele tijd van de kaarten verdwenen, maar nu pronkt ze er weer in haar volle glorie: de Westcirculatie. Het is, jammer genoeg voor de winterliefhebbers, de luchtdrukverdeling die het vaakst voorkomt tijdens onze winters. Hogedrukgebieden in het zuiden en lagedrukgebieden in het noorden zorgen voor een westelijke hoogtestroming op de gematigde breedten van het noordelijk halfrond, waar ook wij wonen. Een westcirculatie voert zachte, maritieme lucht aan. Winterweer hoeven we dus voorlopig niet te verwachten.

Warme en koude hogedrukgebieden
De westcirculatie zien we het best op de hoogtekaarten van het 500 hPa vlak. Daarop staan isohypsen. Dat zijn in dit geval de lijnen die de punten verbinden waar de luchtdruk 500 hPa bedraagt op eenzelfde hoogte boven het zeeniveau. Bondig samen gevat komt het hier op neer: in het oog van een stormdepressie ligt dit punt niet zo hoog, omdat we al starten met een lage luchtdrukwaarde. In de kern van een hogedrukgebied ligt dit punt een heel stuk hoger, want om van pakweg 1040 hPa naar 500 hPa te gaan, moeten we veel meer hoogte overwinnen. Er is nog een bijkomende factor: warme lucht zet uit en duwt dit vlak naar boven, koude lucht krimpt in en doet dit vlak dalen. Daardoor kunnen we in de weerkunde een onderscheid maken tussen koude en warme hogedrukgebieden.

Warme hogedrukgebieden zijn "echte" hogedrukgebieden, die goed ontwikkeld zijn in de hoogte. Ze ontstaan omdat lucht die elders is opgewarmd, op die plek weer begint te dalen. Warme hogedrukgebieden zijn zeer stevig en bieden weerstand tegen aanstormde depressies.
Koude hogedrukgebieden zijn "valse" hogedrukgebieden. Ze ontstaan als er aan het aardoppervlak erg koude lucht aanwezig is. Koude lucht is ook erg zwaar en zorgt dus voor een hoge luchtdruk aan de grond. Op grotere hoogte vinden we dit hogedrukgebied niet meer terug. Alle lucht zit als het ware geconcentreerd aan de grond. Koude hogedrukgebieden bieden daarom weinig weerstand tegen aanstormende depressies. We vinden ze vaak terug boven Siberië en Groenland, simpelweg omdat het daar het koudst is. Bij ons komen ze heel erg zelden voor. Alleen in erg strenge winters, als er veel sneeuw ligt waarboven de lucht sterk kan afkoelen, zien we ze ook in onze omgeving wel eens ontstaan. Daar kunnen de winterliefhebbers voorlopig alleen maar van dromen.

Morgen volgt opnieuw een uitgebreide blik op de weerkaarten.

maandag 21 november 2011

Stadsgaten in de mist


Een berichtje van weerfotograaf Peter over zonneschijn in het centrum van Gent maakte er mij attent op: er waren deze namiddag opvallende "stadsgaten" te zien in het mistveld dat een groot deel van de provincies Antwerpen, Oost- en West-Vlaanderen bedekte.
Het gebeurt wel vaker dat grote steden als eerste de zon zien schijnen, terwijl het rond die steden nog erg mistig kan zijn. Op de satellietbeelden zijn ze dan te zien als donkere eilandjes in een witte deken. Dat komt omdat in de grote stedelijke centra de temperatuur vaak wat hoger ligt en - door het vele beton en asfalt - de lucht er wat droger is. De combinatie van deze twee factoren zorgt ervoor dat de lucht in het stadcentrum niet meer verzadigd is en de mist bijgevolg oplost.
Op de satellietfoto zijn duidelijk de steden Gent, Antwerpen, Mechelen en Roeselare te herkennen. De grotere opklaring in de Westhoek, vlak bij de Franse grens, is geen stadscentrum. Daar is een andere verklaring voor: het zijn de toppen van het West-Vlaamse Heuvelland, waaronder de Kemmelberg. Die zijn tussen de 100 en 150 meter hoog en staken vanmiddag boven de scherpe temperatuursinversie uit.



Foto hieronder: op het webcambeeld van de Volkssterrenwacht Armand Pien in Gent van deze middag is de cirkelvormige opklaring in het mistveld boven het stadscentrum goed te zien.


zaterdag 19 november 2011

Meer wind op komst

Vanochtend dook het kwik in Drongen nog eventjes onder het vriespunt. Iets na 7 uur was het -0,2°C. Daarmee telt dit winterhalfjaar in Drongen nu al drie vorstdagen. Onder een stralende zon steeg het kwik in de namiddag vlotjes boven de +10°C. Heel anders was het aan de westkust. Daar bleef de mist de hele dag hangen en bleef het kwik steken bij 6°C. Wie naar Knokke of Zeebrugge trok, had meer geluk. Ook daar scheen de zon tijdens de namiddag. Mist is en blijft het moeilijkste fenomeen om in te schatten voor de weersvoorspeller...











Zaterdagnamiddag: het grootste deel van Vlaanderen geniet van de zon, de westkust zit in de mist.
Ook komende nacht en ochtend kan het in Vlaanderen plaatselijk lichtjes vriezen en ook dan verschijnen er mistbanken. Waar de zon al vroeg schijnt, klimt het kwik snel tot een graad of 10. Waar de mist hardnekkig is, blijft het een paar graden kouder. We zitten morgen nog altijd onder de beschermende vleugels van een hogedrukgebied boven het zuidoosten van Europa. Maandag trekt deze anticycloon zich terug naar het oosten en kan een weinig actief front onze omgeving bereiken. Niet dat we daar zo veel van merken. De bewolking neemt toe, maar het blijft grotendeels droog. De maxima liggen rond 12°C. Dinsdag valt er hier en daar wel wat regen. Het is grijs, maar er staat nauwelijks wind. De maxima liggen nog altijd rond een graad of 12.
Woensdag bevinden we ons in een zadelgebied, dat wil zeggen: in het niemandsland tussen twee hogedrukgebieden en twee lagedrukgebieden. Als het voldoende uitklaart, is een graadje nachtvorst mogelijk, maar op de meeste plaatsen blijft het bewolkt en zijn de temperaturen bijgevolg positief.

Vanaf donderdag schakelen we over op een heel ander soort weer. Het Europees hogedrukgebied smelt samen met een uitloper van het hogedrukgebied van de Azoren. De as ligt ten zuiden van ons. We komen met andere woorden in een westelijke stroming terecht. De continentale aanvoer maakt plaats voor maritieme lucht. Op de noordelijke Atlantische Oceaan en Noordzee diepen zich depressiekernen uit. Van winterweer is dan bij ons uiteraard geen sprake, maar misschien kunnen we tegen komend weekend wel uitkijken naar een eerste najaarsstorm.

Schaatsnieuws




Om te eindigen nog wat goed nieuws van het Belgische schaatsfront. Op de Wereldbeker in Tsjeljabinsk (Rusland) is Bart Swings op de 5000 meter eerste geworden in de B-groep, in een tijd van 6'25"54. Dat is een nieuw persoonlijk record en amper twee seconden boven het "Belgische" record van Bart Veldkamp. In de A-groep waren amper 6 van de 24 deelnemers sneller dan Swings. Officieus haalde hij dus een 7de plaats in Rusland. Als winnaar van de B-groep mag Swings tijdens de volgende Wereldbeker automatisch aantreden in de A-groep, gezien zijn prestatie niet meer dan terecht.
Onze tweede Belg, Ferre Spruyt, reed met 6'47"65 naar een achttiende plek in de B-groep.

woensdag 16 november 2011

Europese hogedruk regeert

Ook de vorige nacht vroor het weer in Drongen, met een minimum van -2,9°C. Vrijwel overal in Vlaanderen was het kwik negatief, met een uitschieter van -5°C in Diepenbeek. Het merkwaardige is dat alleen de hoogste toppen in de Ardennen ruim vorstvrij bleven. In Mont Rigi bijvoorbeeld was het zowat de hele nacht +5°C. Van een scherpe temperatuursinversie gesproken...
In de westelijke helft van Vlaanderen, waaronder Drongen, bleef het ook overdag koud. Dat had uiteraard alles te maken met de mist die daar hardnekkig bleef hangen. Drongen lag gisteren de hele dag in de zon, maar de mistgrens was nooit meer dan enkele kilometers uit de buurt. Dat was blijkbaar genoeg om het kwik serieus te drukken. Het bleef steken bij een maximum van +3,3°C. De gemiddelde temperatuur bedroeg gisteren amper +0,2°C, waardoor we ei zo na de eerste hellmanpunten konden bijschrijven.

Deze vrieskou is een mooi staaltje van koude die ter plaatse is "gemaakt". De luchtmassa waarin we ons bevinden, is eigenlijk erg zacht. Omdat de hogedrukkern niet ver uit de buurt ligt, is er weinig beweging in deze luchtmassa. Op grotere hoogte blijft de lucht zacht, maar 's nachts koelen de onderste honderden meters sterk af. De lucht raakt daardoor verzadigd en er onstaat mist. De zon is deze tijd van het jaar niet krachtig genoeg meer om het aardoppervlak voldoende op te warmen, zeker niet als het grootste deel van de zonnestralen ook nog eens gereflecteerd wordt door de bovenkant van de mistlaag. In de mistlaag loopt het kwik overdag nauwelijks op. Op plaatsen in het laagland waar de zon wel schijnt, wordt het een paar graden zachter. De hoogste temperaturen meten we op de toppen van de Ardennen, want die zitten én in de zon én in de zachtere lucht. Een voorbeeldje: vandaag was het om 14 uur in Zeebrugge +2°C, in Melle +3°C, in Ukkel +6°C, in Diepenbeek +9 en in Mont Rigi +10°C.

Morgen verzwakt het Europese hogedrukgebied eventjes. Een erg verzwakt frontaal systeem, verbonden aan een Atlantische depressie, kan daardoor over ons land trekken. De wind ruimt naar zuidzuidwest en neemt iets in kracht toe. Dat zou voldoende moeten zijn om in het westen van het land de onderste luchtlagen wat door elkaar te mengen, waardoor de mist daar optrekt en lage bewolking vormt. Ook elders in Vlaanderen neemt de bewolking toe. Daardoor verdwijnt de nachtvorst tijdelijk.
Tijdelijk, want zoals gewoonlijk toont zo'n Eurohoog zich in het late najaar bijzonder taai. Het versterkt zich weer en breidt opnieuw wat uit naar het westen. De stroming krimpt daardoor naar het zuidoosten en vanaf zondag zitten we alweer in een bijna identieke situatie als nu. De wind valt weer weg, er vormt zich plaatselijk weer mist en de onderste luchtlagen koelen opnieuw af. Plaatselijk vriest het dan weer 's nachts en waar de mist blijft hangen, blijft het ook overdag vrij koud. De grote afwezige is neerslag. Tot en met 25 november berekenen de weermodellen weinig of geen regen van betekenis.








Tot en met 24 november valt er volgens de modellen (hierboven het Amerikaanse GFS-model) nauwelijks neerslag.

dinsdag 15 november 2011

Eerste vorstnacht van W2011-'12


Zoals verwacht, daalde het kwik in Drongen de voorbije nacht voor het eerst onder het vriespunt. Rond 4 uur vanochtend duidde de thermometer -1,2°C aan. Toen kwam het mistveld binnendrijven en steeg het kwik weer tot +1°C.
Elders in Vlaanderen werd het nog kouder, in de de Kempen plaatselijk tot -5°C. Een groot deel van de provincie West-Vlaanderen bleef de hele nacht in de mist steken. Daar bleef het kwik lichtjes positief.

Het verschil tussen mist en zon kan op kleine afstand voor grote temperatuursverschillen zorgen. In Drongen zaten we gisteren de hele voormiddag in de mist, pas na de middag kwam een schuchter zonnetje te voorschijn. Het gevolg was dat het maximum niet hoger kwam dan +8°C. Tien kilometer verderop, in Sleidinge, scheen de zon al van in de voormiddag. Daar klom het kwik tot 13°C.

Ook komende nacht zal het opnieuw vriezen, op de meeste plaatsen wordt het nog iets kouder dan de vorige nacht. Daarna is het tijdelijk afgelopen met de nachtvorst. Het hogedrukgebied trekt zich terug naar het oosten, waardoor de bewolking van Atlantische depressies tot onze omgeving kan doordringen. Regenen doet het weinig of niet. Echt winterweer staat voorlopig nog altijd niet op het programma.

zaterdag 12 november 2011

Tijdelijk wat nachtvorst

Begin volgende week kan het 's nachts hier en daar lichtjes vriezen, maar voor de rest zijn er weinig of geen aanwijzingen die duiden op aankomend winterweer. Ook ander extreem weer, zoals najaarsstormen of langdurige regenval, lijkt voorlopig niet op het programma te staan. De kans is vrij groot dat we in de tweede helft van november te maken krijgen met vrij vriendelijk herfstweer, met temperaturen die normaal zijn voor de tijd van het jaar.


Momenteel ligt er een stevig hogedrukgebied boven Oost-Europa. De kern (1040 hPa) situeerde zich om 12utc boven de Baltische staten. Boven de Atlantische Oceaan liggen twee depressies: eentje voor de kust van Portugal, de andere ten zuiden van IJsland. Tussen beide systemen staat een zuidelijke tot zuidoostelijke stroming die zachte continentale lucht aanvoert.
Morgen breidt het hogedrukgebied zich uit naar het zuiden van Scandinavië en IJsland, waardoor de stroming meer naar de oostelijke sector krimpt. Met een juiste voorgeschiedenis zou dat - ook al in november - koud winterweer kunnen opleveren. Dat is nu niet het geval. Op grotere hoogte is de lucht erg zacht: morgen maar liefst +10°C op 850 hPa (ongeveer 1500 meter hoogte). Er is ook geen koude "plaklaag" aan de grond die naar ons toe kan stromen. In vrijwel heel Oost-Europa liggen de maxima dezer dagen ruim boven +5°C.

Maandag en dinsdag komt in deze situatie weinig verandering. De kern van het hogedrukgebied ligt dan boven het zuiden van Zweden en Noorwegen; de kerndruk is afgenomen tot 1025 hPa. De bovenluchten in onze omgeving blijven erg warm, aan de grond koelt de luchtmassa lichtjes af. In de nachten van maandag op dinsdag en van dinsdag op woensdag kan het in Vlaanderen plaatselijk lichtjes vriezen in de thermometerhut. Aan de grond is de vorst vrijwel algemeen. Overdag ligt het kwik rond +10°C. Het is met andere woorden erg aangenaam najaarsweer.







Een bel met koude lucht stroomt woensdag uit boven Rusland. Deze koude lucht kan ons niet bereiken.
 Aan de oostelijke flank van het hogedrukgebied stroomt vanaf maandag een bel met koude lucht uit over het uiterste noorden van Scandinavië en later ook Rusland. Daar wordt het winters, maar die koude lucht kan ons niet bereiken, want vanaf donderdag zakt het hogedrukgebied opnieuw weg richting Balkan. Het verspert daarmee vakkundig de weg van Koning Winter in een eventuele opmars naar het westen. We moeten vanaf dan onze blik weer richten op de Atlantische Oceaan, want we komen onder de invloed van een depressie ten westen van Ierland. Dat doet bij ons de bewolking opnieuw toenemen, waardoor het 's nachts niet meer afkoelt en de lichte nachtvorst weer verdwijnt. Veel neerslag wordt er voorlopig niet verwacht.

Als we er het EPS bijnemen, zien we dat de kans op winterweer op de langere termijn niet bijster groot is. De meeste leden gaan op de termijn van +240u voor een vrij noordelijk gelegen westcirculatie, met hogedrukgebieden boven de Azoren en het zuiden van Europa. Slechts een viertal van de 50 EPS-leden tekenen hogedrukinvloed ten noorden van onze omgeving, met min of meer winters weer tot gevolg. Van zaterdag 19 november tot en met dinsdag 22 november maken we de meeste kans op vrij rustig, licht wisselvallig herfstweer met nu en dan wat regen, maxima rond of iets boven +10°C en minima rond +5°C.

vrijdag 11 november 2011

De Opklaring van de Ardennen

De voorbije dagen kregen we nog eens een voorbeeld van hoe moeilijk het soms is om een weersverwachting op te maken voor de dag zelf. Op sommige plaatsen in Vlaanderen scheen de zon volop en steeg het kwik tot 17°C. Op andere plaatsen bleef de mist en lage bewolking hardnekkig hangen en was het zomaar tien graden kouder. De grens tussen het zonovergoten warme weer en het kille mistige weer was messcherp getrokken.

Ook vandaag (vrijdag) zitten grote delen van Vlaanderen onder de lage bewolking en blijft het kwik steken op 6 à 7°C. We zien wel een heel opvallend fenomeen: een groot opklaringsgebied over Limburg en Zeeland, dat daar niet toevallig ligt.


Die opklaring begint niet toevallig op de Ardense hoogten. Wat we hier zien, is het gevolg van een föhn-effect. De wind komt uit het zuidoosten en voert vochtige lucht aan van over Duitsland. Aan de Eifel en de Ardennen wordt die lucht gedwongen om op te stijgen. Lucht die opstijgt, koelt ook af. Koude lucht kan minder waterdamp bevatten. Als de lucht verzadigd is, condenseert die damp tot waterdruppeltjes: bewolking en mist.
Voorbij de Ardense top begint de lucht weer te dalen. Dalende lucht warmt op. Die opgewarmde lucht kan opnieuw meer waterdamp opnemen. De waterdruppeltjes verdampen en de bewolking en mist verdwijnt op slag. Het resultaat: een opklaringsgebied aan de lijzijde ("windafwaarts") van de Ardense toppen, waarvan de grenzen mooi evenwijdig lopen met de windrichting.



Wie deze voormiddag in het zonnetje zat, profiteerde dus van het Opklaringsgebied van de Ardennen, zowat in alle opzichten de tegenhanger van de beruchte "Schaduw van Engeland".

Morgen (zaterdag) verschijnt hier opnieuw een blik op de weerkaarten voor de komende tien dagen.

maandag 7 november 2011

Hoge druk regeert, stilaan wat minder zacht

De komende week overheerst de invloed van hogedrukgebieden op het weer in onze regio. Eerst stroomt er nog relatief zachte lucht naar de Benelux, maar daar komt geleidelijk verandering in.




Momenteel ligt er een stevig hogedrukgebied (1040 hPa) boven Oekraïne, met een uitloper naar zuid-Scandinavië en de Noordzee. Daardoor stroomt vrij zachte en erg vochtige lucht uit het zuiden van Europa naar ons land, extra aangewakkerd door een depressie boven het westelijke deel van de Middellandse Zee. Deze depressie vult de volgende 48 uur op, waardoor de luchtdrukgradiënt, en bijgevolg ook de wind, wegvalt.



De kern van het stevige hogedrukgebied verplaatst zich tegen donderdag naar de Oostzee en de Baltische staten. We komen dan in een zuidoostelijke stroming terecht, die veel drogere lucht aanvoert. Vanaf woensdag breekt het grijze wolkendek open en krijgen we de zon te zien.



Komend weekend tekent zich een interessante ontwikkeling af op de weerkaarten. Het hogedrukgebied breidt zich verder uit naar het noordwesten en maakt zondag contact met een hogedrukgebied boven Groenland. Er ontstaat dan een blokkade boven de noordelijke Atlantische Oceaan. We blijven in een continentale stroming, maar de aangevoerde luchtmassa koelt geleidelijk af. Aan de oostelijke flank van het hogedrukgebied stroomt bovendien koude lucht uit het Noordpoolgebied uit naar Scandinavië en Rusland, waar de winter zich dan écht laat gelden.



Wat voor gevolgen heeft dat alles nu voor het weerbeeld in onze omgeving?


Morgen (dinsdag) is het eerst nog grijs en valt er zelfs wat lichte regen. In de namiddag verschijnen er een aantal opklaringen. Het maximum van vandaag (10°C) is meteen ook het minimum voor komende nacht, want het kwik zakt nauwelijks. Morgen stijgt het kwik tot 14 à 15°C.


Ook woensdag, donderdag en vrijdag liggen de maxima rond 14 à 15°C, bijzonder hoog voor de tijd van het jaar. De zon schijnt dan volop en er is nauwelijks wind, zodat we kunnen genieten van enkele heerlijke najaarsdagen. De minima liggen rond 6 à 7°C. De heldere nachten zorgen dus nog niet voor vrieskou, daarvoor is de aangevoerde luchtmassa nog te zacht.


Dat zonnige weer houden we ook volgend weekend, maar vooral de nachten worden dan wat minder zacht. Het minimum ligt zaterdag rond 5°C, zondagochtend rond 3°C. De maxima blijven met 14°C (zaterdag) en 12°C (zondag) royaal boven de normale waarden voor de tijd van het jaar.


Als we er het EPS bijnemen, zien we de kans op nachtvorst begin volgende week toenemen tot 40 %. De mediaan van de 50 berekeningen voor het minimum ligt begin volgende week op +1°C. De mediaan voor de maxima daalt van 11°C op maandag tot 8°C op donderdag. Dat zijn normale tot iets te koude temperaturen voor de tijd van het jaar. Het lijkt er dus sterk op dat we na komend weekend afscheid nemen van het erg zachte weer. Of dat ook de aanzet is tot (licht) winterse perikelen, zal later moeten blijken.

donderdag 3 november 2011

Geen extreem vroege winter

Of het al dan niet een "extreme winter" wordt, daar valt nog geen zinnig woord over te zeggen. Wat wel al duidelijk is: we krijgen geen extreem vroeg winterweer. De eerste helft van november lijkt sneeuw- en vorstloos te gaan verlopen. Dat was ooit anders. Zoals in die eerste novemberdagen van 1980. Op 3 november 1980 bleef het overdag op een aantal plaatsen in Nederland en Vlaanderen gewoon vriezen en 's nachts vroor het matig. In het noorden van Nederland stond men hier en daar zelfs op de schaats en ook bij ons lagen kreken en vaarten tijdens de herfstvakantie dichtgevroren, maar de ijsvloer werd hier net niet dik genoeg om de eerste schaatsers te kunnen dragen.

Niets van dat alles in 2011. Het is nog altijd uitzonderlijk zacht voor de tijd van het jaar. "Boosdoener" is een stevige zuidelijke stroming, op gang gezet door een hogedrukgebied boven Oost-Europa en een depressiekern tussen IJsland en Ierland. Komende nacht trekt het koufront van deze depressie over onze omgeving. Hoewel het woord "koufront" in dit geval weinig toepasselijk is. Het koelt de volgende dagen nauwelijks af. Vandaag (donderdag) liggen de maxima rond 18 à 19°C, extreem hoge waarden voor de tijd van het jaar. Morgen, na de doortocht van het koufront, gaan daar nauwelijks twee graadjes van af en leven we nog altijd ruim boven onze stand wat de maxima betreft. Tijdens het weekend liggen de maxima in Vlaanderen nog altijd rond 15°C, plaatselijk zelfs nog wat hoger.








Maandag en dinsdag staat er een noordoostenwind, maar die voert lucht aan die via een ommetje uit het zuiden van Europa komt.

Maandag en dinsdag zien de weerkaarten er op het eerste gezicht wat winters-koud uit, met een hogedrukgebied boven de Noordzee en het zuiden van Noorwegen, en een depressie boven de Middellandse Zee. Schijn bedriegt in dit geval. Maandag staat er wel een strakke wind uit het noordoosten, maar die voert geen koude lucht aan, want nergens in Europa heeft de winter al voet aan de grond. Met maxima rond 13°C kunnen we het dan alleen maar wat frisser noemen. Door de strakke wind koelt het ook 's nachts nauwelijks af. De minima komen niet veel lager uit dan 9°C.

Vanaf woensdag vestigt het hogedrukgebied zich weer boven Oost-Europa en komt de zuidelijke stroming opnieuw op gang. We krijgen dan vrij zonnig en droog najaarsweer, met maxima die opnieuw richting 15°C gaan. Ook de nachten blijven vrij zacht. De kans op nachtvorst op waarnemingshoogte (1,5 meter) is de komende tien dagen verwaarloosbaar klein.

Zoals gezegd zorgt de zuidelijke stroming ervoor dat de winter op dit ogenblik nergens in Europa al voet aan de grond heeft. Lichte vorst vinden we alleen in het uiterste noorden van Scandinavië, maar ook daar is het veel te zacht voor de tijd van het jaar. Het hogedrukgebied dat momenteel boven Oost-Europa ligt, is een warmbloedig exemplaar. Overdag komt het kwik in pakweg Polen en Tsjechië ruim boven de +10°C uit en ook 's nachts vriest het er niet. Meteen is duidelijk waarom de oostelijke wind maandag en dinsdag geen koude continentale lucht zal aanvoeren. Daar zullen in november weinig mensen rouwig om zijn.

zaterdag 29 oktober 2011

Zuidelijke stroming

Waarom kunnen we soms een goed weerbericht opmaken voor een periode van tien dagen, terwijl het (heel) soms zelfs niet lukt om een correct voor de dag zelf op te stellen? Het antwoord is letterlijk tweeledig. Grosso modo kan je het opmaken van een weersverwachting immers uiteenhalen in twee grote stukken: het bepalen van het globale stromingspatroon en het bepalen van het uiteindelijke weerbeeld. Op korte termijn (één tot drie dagen) staat het globale stromingspatroon zo goed als vast en kan je als meteoroloog al je aandacht richten op het weerbeeld in onze omgeving. Op de middellange termijn (vanaf de vierde dag) treden er vaak al een aantal kleine timings- en locatieverschillen op binnen de verwachting van het globale stromingspatroon. Op de langere termijn (vanaf zeven dagen) gebeurt het soms dat er totaal verschillende stromingspatronen opduiken binnen de verwachtingen. Dan is de verwachting uiteraard erg onzeker. Soms blijft één patroon prominent aanwezig en ligt het weerbeeld in grote lijnen vast voor een langere periode.

In sommige gevallen is het opmaken van de weersverwachting voor de eerste dag al een hele klus. Denk in het najaar en de winter aan een situatie met een hogedrukkern boven ons hoofd. Dan speelt ons weer zich af in een laagje lucht dat gevangen zit onder een inversie en hooguit enkele honderden of soms maar tientallen meters dik is. Het is dan vaak erg moeilijk om het ontstaan en verdwijnen van mist en lage bewolking correct in te schatten. De temperatuur hangt daar uiteraard mee samen. Als de zon doorbreekt, krijg je misschien wel een prachtige winterdag met maxima rond +7°C. Blijft de mist hangen, dan heb je voor hetzelfde geld zomaar een ijsdag te pakken. Trekt de mist alleen op tot lage bewolking, dan valt er misschien zelfs wat motsneeuw bij licht negatieve temperaturen.







Precies een jaar geleden stond een duidelijke westcirculatie op de weerkaarten.
 Bij een bepaald globaal stromingspatroon kan je een aantal weertypes uitsluiten. We beperken ons nu even tot het winterhalfjaar. Bij een westcirculatie kan je bijvoorbeeld vrij zonnig en zacht weer krijgen. Of veel bewolking en regen. Of zelfs een storm. Wat je bij een westcirculatie wèl van het lijstje kan schrappen, is koud winterweer. Als er een overduidelijke westcirculatie in de verwachting van het globale stromingspatroon zit, kunnen we dus met vrij veel zekerheid zeggen dat het een week tot tien dagen lang zacht zal blijven.

Ook de vorming van een hogedrukblokkade, die de heersende westcircualtie afsnijdt, zien we tegenwoordig vaak al ruim een week op voorhand opduiken in de weermodellen. Op zich is dat een hele prestatie. Een jaar of twintig geleden was dat nog totaal ondenkbaar. Het probleem is dat het weer in de grenslaag (dat is de onderste laag van onze atmosfeer, waar er een duidelijke invloed is van het aardoppervlak) bij zo'n blokkade totaal verschillend kan zijn. Het geblokkeerde patroon hoeft maar een fractie op te schuiven en het weerbeeld kan volledig anders zijn. Zo'n blokkade kan zorgen voor ijskoud winterweer met een gure oostenwind, maar evengoed voor rustig en grijs weer met maxima én minima ruim boven het vriespunt. Of wat we twee jaar geleden geregeld zagen: de uitstroom van ijskoude lucht kan een thermisch lagedrukgebiedje doen ontstaan boven de Noordzee, waardoor er in Vlaanderen en Nederland zachtere maritieme lucht binnensijpelt. Die grootschalige uitstroom van ijskoude bovenlucht zal een week op voorhand al duidelijk in de verwachting zitten, het veel kleinere (maar alles bepalende) lagedrukgebiedje niet. Bij een blokkade mag het stromingspatroon dan wel vast liggen, met het weerbeeld kan het vrijwel nog alle kanten uit.

Vooruitzichten

Op basis van het huidige en verwachte stromingspatroon kunnen we een vroege winterprik tijdens de eerste decade van november zo goed als uitsluiten. Tussen een Oost-Europees hogedrukgebied en een moederdepressie boven de noordelijke Atlantische Oceaan, staat in onze omgeving een zuidelijke stroming. De volgende dagen is het daardoor duidelijk te warm voor de tijd van het jaar, met maxima rond 17°C en minima rond 10°C. Vanaf vrijdag 4 november lijken de maxima wat te gaan dalen, van 14°C naar 10°C op het einde van de eerste november-decade. De kans op neerslag neemt dan ook duidelijk toe. Van nachtvorst is voorlopig nog geen sprake.

woensdag 12 oktober 2011

Extreem koud?

Half oktober zijn we en dus duiken ze weer overal op: de langetermijnverwachtingen die ons een koude, ja volgens sommige media zelfs een extreme winter voorspiegelen. Volgens mij komt de beste seizoensverwachting voor komende winter van het uiterst betrouwbare Europese ECMWF: hun uitkomst voor de temperatuur voor de Benelux is "no signal". Het model kan met andere woorden voor onze omgeving geen uitspraak doen voor komende winter.


Nog in het nieuws de voorbije week: een onderzoek van enkele Britse meteorologen naar het verband tussen de lage activiteit van de zon en koudere winters in onze omgeving. Het is een verband dat al vaak werd gelegd, maar nog nooit is bewezen. Het verband zou onrechtstreeks zijn. Als de zon weinig actief is, zouden de hogere luchtlagen afkoelen. Dat leidt tot een verandering van het stromingspatroon aan de grond en die verandering zorgt er op zijn beurt weer voor dat op sommige plaatsen de winters zachter verlopen (zoals in Zuid-Europa), terwijl het op andere plekken dan weer kouder is dan normaal (zoals in onze omgeving). Het is een onderzoek dat zeker de nodige aandacht verdient, maar mijns inziens (nog?) niet kan worden gebruikt om wintervoorspellingen op te maken. De voorbije jaren was de zon opvallend weinig actief, terwijl de winters bij ons normaal tot hooguit iets te koud verliepen. Door het grote aantal sneeuwdagen kregen de voorbije winters door de media het etiket "streng" opgeplakt, maar als we kijken naar de gemiddelde temperatuur, is dat onterecht.

Inmiddels is de eerste vorstdag in de Lage Landen een feit. Op zondag 9 oktober daalde het kwik in de themometerhut van de vliegbasis Twenthe tot -0,5°C. Aan de grond werd daar zelfs -3,8°C opgetekend. In Vlaanderen hebben we daar weinig van gemerkt, omdat de bewolking van een naderend warmtefront de nachtelijke afkoeling tegenhield.

Ook wij krijgen vanaf vrijdag een paar relatief koude nachten voorgeschoteld. Daarvoor zorgt een hogedrukkern die van Scandinavië naar Polen trekt. De combinatie van een continentale aanvoer en heldere lucht, laat het 's nachts afkoelen tot enkele graden boven het vriespunt. Aan de grond kan het zaterdag en zondag vrijwel overal lichtjes vriezen. "Winters" kunnen we dit moeilijk noemen, want overdag stijgt het kwik onder een stralende zon nog vlotjes richting 15°C. Het mooie weer duurt trouwens niet zo lang. In de nacht van zondag op maandag zorgt een warmfront voor bewolking, hogere minima en wat lichte regen. Volgende week krijgen we dan licht wisselvallig weer met maxima rond 14°C en minima ruim boven het vriespunt.

Wie uit is op vroege winterkou, kan richting Siberië trekken. In het beruchte plaatsje Oymyakon, 's winters één van de koudste laaggelegen plekken van het noordelijk halfrond, komt het kwik overdag niet hoger dan -9°C, terwijl het er 's nachts al een graad of 15 vriest. Het is een dorpje van thermische uitersten. Tijdens de winter is -50°C er geen uitzondering, terwijl het er 's zomers met gemak meer dan 30°C heet kan worden.

zaterdag 8 oktober 2011

Nieuwe webstek

Welkom op de nieuwe webstek van de IJsverwachting Vlaanderen. Vanaf de winter 2011-2012 kunt hier u de ontwikkelingen volgen op de winterse weerkaarten.
De voornaamste reden van de verhuizing is de opdringerige en vaak irritante reclamebanner die de vorige blog-provider bovenaan de blog plaatste.

Alle berichten van de voorbije zes winters zijn uiteraard bewaard. U kunt ze via deze link nog terugvinden.

Tot binnenkort!