vrijdag 30 november 2012

Zuidelijke straalstroom zorgt voor killig weer

Wat het meest in het oog springt op de weerkaarten de komende dagen, is dat de polaire straalstroom ten zuiden van ons blijft liggen. Die straalstroom vormt de scheiding tussen koude polaire en warmere subtropische luchtmassa's. De actuele zuidelijke ligging van de straalstroom zorgt ervoor dat het bij ons de volgende dagen niet echt zacht kan worden, ook niet als de wind vanuit de westelijke sector waait. Dat zullen we begin volgende week merken. Dan steekt er tijdelijk een westelijke stroming op, wat niet betekent dat de maxima de dubbele cijfers zullen halen. In het tweede deel van volgende week lijkt het opnieuw af te koelen.


De verwachtingskaart op 200 hPa voor dinsdag: de straalstroom (gele en rode gedeelten) blijft ten zuiden van ons land.

Zowat heel Europa is nog in de greep van een trog, waarin op grondniveau diverse depressiekernen zijn ontstaan. De voornaamste liggen momenteel boven de Golf van Genua en de Baltische staten. Aan de westelijke flank van laatstgenoemde lagedrukgebied stroomt vrij koude polaire lucht naar onze omgeving. Op 1500 meter hoogte is die in het oosten van ons land een fractie kouder (-7°C) dan in het westen (-5°C). Daardoor is de kans op winterse neerslag groter in het oosten dan in het westen.

Morgen zaterdag komt een kleine depressiekern afgezakt van de Noordzee. We blijven aan de zuidflank van deze kern, zodat de wind tijdelijk naar het westen krimpt. Het frontaal systeem van deze kern bereikt ons morgenavond laat en trekt in de nacht van zaterdag op zondag over ons land. In het westen van ons land waait de wind vanover zee en blijft het kwik 's nachts enkele graden boven het vriespunt. De meeste neerslag valt er als regen. In het oosten is de wind wat meer gekrompen. Dat betekent dat de zachtere zeelucht daar niet binnendringt. Met temperaturen rond het vriespunt kan daar wel sneeuw vallen. Een tijdelijk sneeuwdekje in Limburg is niet uitgesloten. In de hoge Ardennen valt er in elk geval sneeuw.
Een kleine verandering  in de koers van de depressiekern kan de grens tussen sneeuw en regen een eind doen opschuiven in zowel oostelijke als westelijke richting. Het blijft dus "nowcasten" tot het laatste moment.

Zondag overdag vallen er vooral in het noordwesten nog een aantal buien. Bij maxima rond 5°C zijn dat gewone regenbuien. In de nacht van zondag op maandag zorgt een mobiele hogedrukwig voor een aantal opklaringen. De wind valt tijdelijk weg en in de polaire lucht gaat het kwik dan snel onderuit. Op de meeste plaatsen vriest het enkele graden. Tegen de ochtend neemt de bewolking weer toe. Vanover het Kanaal nadert immers een frontaal systeem, verbonden aan alweer een nieuwe depressiekern (die trog boven Europa is een echte kraamkamer voor lagedrukgebieden). Deze storing heeft een kleine warme sector. Op 1500 meter hoogte loopt de temperatuur kortstondig op tot rond +3°C. Daardoor dooit het maandag ook in de hoge Ardennen eventjes flink door. Lang duurt dat niet, want maandagavond nog trekt ook het koufront door en daalt de temperatuur op 850 hPa weer tot -2°C. In de Hoge Venen begint het dan opnieuw te lichtjes te sneeuwen. In Laag- en Midden-België wordt maandag een onvervalste regendag, met maxima die tegen de avond oplopen tot 7°C.


De kaart voor maandag op ongeveer 1500 meter hoogte: we komen eventjes in de warme sector van een depressie terecht (gele kleur).

Dinsdag en woensdag komen we onder invloed van - het zal u niet verbazen - alweer een nieuwe depressiekern, die post vat boven de Noordzee. Het weerbeeld lijkt dan sterk op dat van nu. Geregeld vallen er buien. Aan de kust zijn dat regenbuien, in het binnenland winterse buien en op de Hoge Venen sneeuwbuien. De maxima liggen dinsdag rond 6°C, woensdag rond 5°C. 's Nachts komt in Vlaanderen het vriespunt opnieuw in zicht.
Daarmee ziten we al gevaarlijk dicht tegen de limiet van de betrouwbare termijn. De operationele berekeningen van de 00Z-run van de weermodellen laten in de tweede helft van volgende week een verdere afkoeling zien, veroorzaakt door drukstijgingen ten noordoosten van onze omgeving. Maar in de ensembles zitten ook nog zachtere oplossingen. Extreem zacht of extreem koud wordt het hoogstwaarschijnlijk niet. Het EPS-ensemblegemiddelde voor de maximumtemperatuur ligt op het einde van de vijftiendaagse verwachtingstermijn rond +3 à +4°C, dat voor de minimumtemperatuur rond -1°C. In Scandinavië blijft het in elk geval erg koud. Van zodra de wind uit die hoek gaat waaien, kan de winter hier heel snel zijn.





woensdag 28 november 2012

Via "licht winters" terug naar af

De voorbije dagen is weer duidelijk geworden dat het erg onverstandig is om je blind te staren op de operationele berekeningen van de diverse weermodellen. Op basis daarvan verschenen berichten in de media dat de eerste week van december "berekoud" zou gaan verlopen. Daar komt dus weinig of niets van in huis. Na een licht winters weekend, evolueren we weer naar temperaturen die normaal zijn voor de tijd van het jaar. Ook in Oost-Europa krijgt de winter niet echt voet aan de grond, alleen Scandinavië en de Alpenlanden bieden een echt winterse aanblik. En ja, misschien ook onze hoge Ardennen.

Een hogedrukrug boven de noordelijke Atlantische Oceaan en een trog boven West-Europa bepalen de komende dagen ons weerbeeld. In die trog zien we een omvangrijk lagedrukgebied met kern boven de Golf van Genua. Dat zorgt voor erg slecht weer in het noorden van Italië en voor een volumptueuze sneeuwdump in de Alpen, vooral aan de zuidelijke kant. Het is een vrij indrukwekkende depressie, maar om dat nu te gaan omschrijven als "een clash tussen Siberische diepvrieslucht en hete Tunesische lucht pal boven Italië" , is er eens te meer zwaar over. De extremen in de bovenlucht zijn veel groter boven het westen van Rusland, zoals we op onderstaande kaart duidelijk kunnen zien:

Boven West-Rusland liggen warme bovenluchten (oranje) en koude (donkerblauw) het dichtst tegen elkaar. Boven Italië is het contrast niet eens zo groot.

Extreem koude lucht uit Siberië dringt voorlopig nergens door boven Europa, alleen boven Scandinavië is de bovenlucht relatief koud. Aan de noordwestelijke flank van de depressie staat in onze omgeving de komende dagen een noordelijke stroming. De aangevoerde lucht is onstabiel, zodat er boven het nog warme zeewater een aantal buien ontstaan, die ook een eind het binnenland in kunnen drijven. Boven het westen van België en Nederland bedraagt de temperatuur de volgende 48 uur op 850 hPa amper -4 à -5°C. Dat is deze tijd van het jaar bij een aanlandige wind lang niet koud genoeg om voor winterse neerslag te zorgen. Boven het oosten van de Benelux is de bovenlucht kouder: tot -7° à -8°C op 850 hPa. Dat betekent dat daar de kans op (natte) sneeuw wel toeneemt, zeker boven de hogere delen van de Ardennen.

Zaterdag trekt een kleine depressiekern van de Noordzee over Noord-Nederland verder het Europese vasteland op. De kern vult daarbij ook op. Wij blijven aan de zuidelijke kant van deze kern, waardoor de wind de hele tijd van over zee blijft waaien. Met andere woorden: ook dan hoeven we in het Vlaamse laagland niet op droge sneeuw te rekenen. Wel vallen er hier en daar een paar winterse buien, met regen, stofhagel en misschien wat vlokken natte sneeuw. In het westen van het land lopen de maxima vlotjes op tot 6 à 7°C, meer naar het oosten blijven ze steken bij een graad of 4. De volgende nachten is er altijd wel kans op wat lichte vorst, zeker bij langdurige opklaringen.

Zondag is de depressiekern verder getrokken naar Noord-Duitsland en Polen. Dan komen de koude bovenluchten voorlopig het dichtst bij ons. Met een gunstige timing is het niet uitgesloten dat het in het oosten van Vlaanderen dan eventjes wat witjes wordt, maar lang duurt dat niet. Opnieuw halen we in het westen van Vlaanderen vlot +5°C overdag, in het oosten is dat +3°C. De hoge Ardennen zijn een geval apart. Daar lijkt alles precies goed te vallen om een eerste sneeuwdek van betekenis te krijgen.

Na het weekend komt er opnieuw een westelijke stroming op gang, daar zijn nu zowat alle computerberekeningen het over eens. De maxima liggen begin volgende week rond +7°C, de minima meest rond +3°C. De kans op vorst in thermometerhut in Vlaanderen is vanaf dinsdag onpnieuw enkele nachten erg klein. Het blijft wel wisselvallig: elke dag is er 70 tot 80 procent kans op neerslag. In de Hoge Venen blijven de maxima overdag rond het vriespunt hangen en vriest het 's nachts licht tot matig. Het sneeuwdek kan daar ook begin volgende week standhouden of misschien zelfs nog wat aandikken.

In Vlaanderen wordt het volgende week dus niet meteen winters. Toch is de koude lucht niet echt ver uit de buurt. De wintergrens ligt midden volgende week waarschijnlijk ergens boven Polen. Een situatie om in de gaten te blijven houden.


Waarschijnlijk komt de wintergrens volgende week ergens boven Polen te liggen.

zondag 25 november 2012

Van zeer zacht naar licht winters

De stormdepressie die vandaag over de zuidelijke Noordzee trok, bracht ook een portie zachte lucht mee. Vanochtend vroeg lag het kwik rond 13°C. De volgende tien dagen zullen we een dergelijk thermisch hoogstandje niet meer meemaken. De geleidelijke daling van de temperatuur is ingezet. Dat zal tegen het einde van de week uitmonden in licht winters weer.

Synoptische situatie
De opbouw van de hogedrukrug boven de Atlantische Oceaan, die al een tijdje in de modellen zat, is inmiddels begonnen. De stormdepressie waar we vandaag mee te maken kregen, vult morgen volledig op boven het zuiden van Zweden. Een nieuwe depressiekern ligt dinsdag boven onze omgeving. Aan de noordzijde van deze depressiekern sijpelt lucht door die op grotere hoogte al wat afkoelt. Woensdag en donderdag staat er een strakke noordelijke stroming, in stand gehouden door een lagedrukgebied dat inmiddels boven de Alpen heeft postgevat. In het hoge noorden bouwt zich een hogedrukgordel op: van Groenland over Lapland naar Noord-Rusland. Die brengt een massa koude lucht in beweging, maar nog altijd is niet precies duidelijk waar die koude lucht uiteindelijk terecht zal komen. In eerste instantie nog niet tot bij ons. Vrijdag lijkt de grootste kou te stagneren boven het zuiden van Zweden en Noorwegen.


Het ensemblegemiddelde voor volgende week zondag: een trog gevuld met relatief koude lucht (de groene kleur) ligt boven een groot deel van Europa.
Tegen volgend weekend bedekt een diep uitgezakte trog zowat heel West-Europa. In deze trog zullen aan de grond diverse kleine lagedrukkernen ontstaan, waarvan we de positie nu nog niet kunnen inschatten. Het enige wat we wel al met zekerheid weten, is dat de bovenluchten zullen variëren tussen vrij koud, koud of zeer koud.
Als we het ensemblegemiddelde voor begin december bekijken, zien we dat de luchtdruk hoog blijft in het hoge noorden, dat de trog boven Europa zich lijkt te handhaven, maar dat ook het Azorenhoog vrij prominent aanwezig blijft. In de EPS-pluim zien we dan ook een heel scala aan temperaturen verschijnen. Voor 6 december (sinterklaasdag in België) zien we bijvoorbeeld de extremen voor de mogelijke maximumtemperatuur in Gent uiteenwaaieren van +13° tot -3°C. Voor de minimumtemperatuur is dat van -10°C tot +6°C. De onzekerheid is dus nog erg groot.

Verwachting
Laat ons toch proberen om van dat alles een zo concreet mogelijke weersverwachting te maken.
Morgen maandag ligt het kwik 's ochtends rond +7°C. Het is de hele dag wisselend tot zwaarbewolkt met geregeld wat regen of een bui. De maxima liggen rond 10 à 11°C.
Dinsdag is het meestal zwaarbewolkt met tijdelijk nog wat regen, maar grote hoeveelheden verwachten we niet. Het kwik doet een stapje terug. De minima liggen rond 6°C, maar overdag komen de maxima niet veel hoger dan 8 à 9°C.
Woendag krijgen we de zon wat meer te zien en op de meeste plaatsen blijft het droog. 's Ochtends ligt de temperatuur rond 3 à 4°C, overdag nog altijd rond 8 à 9°C. De wind draait nu wel resoluut naar het noorden.
Ook donderdag blijft de wind uit het noorden waaien. De temperatuur levert opnieuw een paar graden in, met minima rond 2 à 3°C en maxima rond 7°C. De buien worden talrijker, maar in Vlaanderen gaat het nog altijd om gewone regenbuien.

Vrijdag valt er nog altijd plaatselijk een bui, maar met minima dicht bij het vriespunt en maxima rond 5°C is het mogelijk dat die buien een licht winters karakter krijgen, met wat stofhagel of een enkele vlok natte sneeuw.
Zaterdagochtend vriest het op de meeste plaatsen in Vlaanderen licht. De maxima liggen rond 4 à 5°C en er vallen nog altijd enkele winterse buien. In Vlaanderen is de kans op droge sneeuw klein, in de Ardennen vallen er wel enkele echte sneeuwbuien of -buitjes.
Hetzelfde weerbeeld krijgen we allicht ook zondag, maar van dan af wordt de verwachting van de temperatuur erg onzeker. Het ensemblegemiddelde voor de maximumtemperatuur ligt van zondag 2 december tot en met zondag 9 december steevast rond 4 à 5°C, maar zoals gezegd is de spreiding tussen de verschillende oplossingen erg groot. Het ensemblegemiddelde voor de minimumtemperatuur ligt eerst iets onder het vriespunt, later iets er boven, maar ook hier is de spreiding erg groot.

In de Hoge Venen blijft het ensemblegemiddelde van zaterdag 2 december tot en met zondag 9 december permanent onder het vriespunt. Daar is de kans groot dat zich in die periode een mooi sneeuwdek vormt.

We evolueren de volgende dagen dus naar licht winters weer. Of dat winterweer begin december ook écht doorzet, zal pas de volgende dagen duidelijk worden.


Eerste podiumplek voor Swings

De Belgische schaatsers blijven schitterend presteren in Kolomna. Op de 1500 meter reed Bart Swings naar een schitterende tweede plaats. Met 1:45.77 vestigde hij alweer een nieuw Belgisch record. Hij moest alleen de Nederlander Koen Verweij laten voorgaan, met amper twee tienden van een seconde. Het is de eerste keer dat Swings op het podium staat bij een wereldbekerwedstrijd. In het wereldbekerklassement op de 1500 meter staat hij nu op de zesde plaats.

Ook Jelena Peeters verbeterde eens te meer een Belgisch record, dit keer op de 3000 meter. Ze werd 11de in de B-groep in 4:11.13, een verbetering van haar tijd van vorige week in Heerenveen met bijna 5 seconden.

zaterdag 24 november 2012

Swings verovert laatste record van Veldkamp

Op de wereldbeker schaatsen in Kolomna, heeft Bart Swings vanmiddag het laatste Belgische record van Bart Veldkamp van de tabellen geveegd. Hij reed de 5000 meter in 6:20.37. Dat is ruim drie seconden sneller dan het vorige record, dat "Schaatsbelg" Veldkamp reed op de hooglandbaan van Calgary in 2001. Alle afstandsrecords van de 1500 tot de 10.000 meter staan nu op naam van Swings. Alleen de sprintrecords zijn nog in handen van Wim De Deyne (500 meter) en Pieter Gysel (1000 meter).
Het Belgische record was goed voor de tiende plaats in de wereldbekerwedstrijd van vandaag.  De volledige top vier kleurde Nederlands. Sven Kramer haalde het in 6:10.62 voor Jan Blokhuijsen (6:11.97), Jorrit Bergsma (6:13.08) en Bob de Jong (6:14.37). Swings bleef wel de vijfde Nederlander voor. Ted-Jan Bloemen werd 11de in 6:20.69. De kloof tussen Swings en de absolute wereldtop wordt dus steeds kleiner. In het worldcup-klassement op de 5000 meter staat hij voorlopig 11de.

In de B-groep verbeterde Ferre Spruyt zijn persoonlijk record tot 6:36.65, goed voor de 19de plaats. Maarten Swings reed met 6:44.34 naar de 32ste plek op 35 deelnemers.

Bij de dames blijft ook Jelena Peeters de Belgische records aan elkaar rijgen. Ze verbeterde in Kolomna haar record op de 1500 meter vandaag tot 2:00.87. Dat is een kleine vier seconden beter dan haar vorige besttijd, die ze pas een week geleden reed in Heerenveen. Ze werd met die tijd zesde op 23 deelnemers in de B-groep, een knappe prestatie. In het wordcup-klassement (A en B-groep samen) staat ze voorlopig op een 29ste stek.

Morgen zondag komt Peeters in Kolomna in actie op de 3000 meter, Bart Swings staat aan de start in de A-groep van de 15000 meter. Swings komt ook nog in actie in het afsluitende nummer, de mass start. Daarin verdedigt hij zijn vierde plek in het wereldbekerklassement.



donderdag 22 november 2012

Krant schiet bok met "berekoud" weer

Wordt het de eerste week van december berekoud, zoals de website van Het Laatste Nieuws vandaag beweert? Heel misschien, maar hoogstwaarschijnlijk niet. Het artikel verdient voor mijn part een nominatie voor slechtste weerkundige bijdrage ooit. Niet gehinderd door enige kennis van zaken, maakt de journalist(e) een weerbericht voor de lange termijn dat echt nergens op slaat. Waarschijnlijk heeft de auteur ergens modeluitvoer gevonden die hij/zij letterlijk interpreteert. Vraag me niet welke modeluitvoer, want dat staat er niet bij en ik kan het ook niet opmaken uit het artikel. Het weerbeeld dat de auteur schetst komt niet overeen met de jongste operationele berekeningen van ECMWF noch GFS.

Op 22 november uitspraken doen als "in de nacht van 30 november op 1 december begint het te vriezen, tot -4° C in het centrum", "voor 1 december is er sprake van regen en aanvriezende regen", "op sinterklaasdag verwachten de modellen een barre cocktail van sneeuw, smeltende sneeuw en aanvriezende regen": het is echt totaal van de pot gerukt en wetenschappelijk gezien complete nonsens. Als professionele meteorologen hebben we dit al vaak aangekaart, maar het blijft vechten tegen de bierkaai. Jammer genoeg verliezen wij bij een deel van het publiek onze geloofwaardigheid. "Jullie hadden toch gezegd dat het...", krijgen we dan te horen, een paar weken nadat dergelijke onzinberichten zijn verschenen.

Maar genoeg geklaagd nu, laten we nog eens met een nuchtere blik naar de weerkaarten kijken. Zoals uitgelegd in vorige bijdrages op deze blog, evolueren we geleidelijk naar een geblokkeerd patroon op de weerkaarten. Dat begint vanaf zondag. Op de westelijke Atlantische Oceaan ontstaat dan een rug van hoge luchtdruk, van de Azoren naar de zuidpunt van Groenland. Die rug verplaatst zich de dagen daarna wat naar het oosten. Boven West-Europa zakt een trog uit, waarin een aantal lagedrukkernen ontstaan, zowel ten noorden als ten zuiden van onze omgeving. Uiteindelijk lijkt boven Europa één groot lagedrukgebied te ontstaan.

Dat lagedrukgebied gaat een bepalende rol spelen. Aan de noordkant trekt het koude luchtmassa's naar beneden, maar aan de zuidkant stuwt het net erg warme luchtmassa's van Noord-Afrika naar het noorden. Deze totaal verschillende luchtmassa's beginnen rond de kern van het lagedrukgebied te draaien. De grens tussen erg koude en erg zachte lucht wordt dan erg dun. Onderstaande kaart met de temperatuur op 850 hPa (ongeveer 1500 meter hoogte) maakt dit mooi duidelijk:

Verwachtingskaart ECMWF, gronddruk en temperatuur op 850 hPa. (bron: wetterzentrale.de)

We zien de zachte lucht (oranje en geel) opgestuwd worden vanuit Egypte tot in de Baltische staten. Een paar honderd kilometer verder, in Rusland en Noord-Scandinavië, is de lucht erg koud (donkerblauw). Wij zitten er zowat tussenin. De koude lucht van boven Scandinavië lekt door tot onze omgeving, maar wordt bij zijn tocht wat opgewarmd. De getoonde kaart is een verwachtingskaart voor de termijn +192 uur. Op die termijn is de onzekerheid nog groot. Kleine veranderingen in de situatie kunnen de luchtmassa's uiteindelijk op heel andere plaatsen terecht doen komen. Koud winterweer of zacht najaarsweer: het hoort op de wat langere termijn nog allemaal tot de mogelijkheden. Daarvoor hebben we het EPS ter beschikking, het Ensemble Predicition System. Dat probeert een zo goed mogelijk inschatting te maken van de verdeling van deze kansen.

Op basis van het laatste EPS zien we dat er in onze omgeving vanaf 1 december 25 procent kans is op minima beneden het vriespunt, vanaf 3 december 50 procent kans. De kans dat het begin december ook overdag blijft vriezen in westelijk Vlaanderen, is kleiner dan 10 procent. De kans dat we in die periode maxima halen tussen 5 en 10°C, is 50 procent. Dat is zowat het meest zinnige wat we over het weer voor de eerste dagen van december kunnen zeggen. Of dat genoeg is om te roeptoeteren dat we een "berekoud" begin van december zullen krijgen? Ik laat de conclusie aan u, maar ik denk dat ik wel weet wat de trouwe lezers van deze blog zullen besluiten.

dinsdag 20 november 2012

Zacht tot zondag, langzaam kouder daarna

De trend naar een gestage afkoeling op het einde van de maand, blijft zich handhaven in de ensembleverwachtingen. Tot en met zondag is er nog weinig aan de hand en blijft er in onze omgeving een overwegend zuidelijke stroming staan tussen een Russisch hogedrukgebied en een Noord-Atlantische depressie. Vanaf maandag vormt er zich meer dan waarschijnlijk een blokkade boven de oceaan en een trog boven West-Europa, met depressies boven onze omgeving en Zuid-Europa. Het koelt daarbij maar erg langzaam af, want het hele Europese continent is eerst volgelopen met zachte lucht. Maar op het einde van de tiendaagse verwachtingsperiode liggen waarschijnlijk zowel de maxima als de minima iets onder de normale waarden voor de tijd van het jaar.

De analysekaart van deze ochtend (bron: UKMetOffice)

Die afkoeling is dus pas voor later. De eerstkomende week is er van winterweer totaal geen sprake. Een hogedrukgebied boven het zuiden van Rusland en een depressie ten noordwesten van Ierland houden bij ons een zuidelijke stroming in stand. Die voert zachte lucht uit Frankrijk en Spanje naar de Benelux. Via de noordwestelijke flank van het hogedrukgebied stroomt deze zachte lucht ook uit naar Scandinavië en Rusland. Zelfs in Lapland dooit het de volgende dagen licht. Ook in Moskou ligt het kwik overdag boven nul, 's nachts vriest het er maar licht.

Bij ons halen de maxima tot en met zondag vlotjes 10°C of zelfs wat meer. De minima liggen meestal rond 4 à 5°C. De kans op vorst in de thermometerhut is vrijwel nihil, hooguit komt het een enkele nacht eventjes tot grondvorst. Morgen woensdag valt er wat regen, donderdag blijft het droog, vrijdag verwerken we een regenzone. Op zaterdag en zondag vallen er nog enkele buien. De situatie op de weerkaarten verandert tot dan nauwelijks.

Het Europese weermodel berekent begin volgende week een hogedrukkern boven IJsland. (Bron: wetterzentrale.de)

Daarna komt er verandering. Volgende maandag bouwt zich boven de Atlantische Oceaan een rug van hoge luchtdruk op, die zich daarna zou afsplitsen tot een aparte hogedrukkern in de omgeving van IJsland. Zowat alle globale weermodellen die tot die termijn rekenen, zijn het daarover eens.
Een hogedrukkern boven IJsland zorgt in de winterperiode bij ons meestal voor koud weer. Dat is nu nog niet het geval. Oorzaak is de zachte lucht die eerst heel Europa veroverd heeft. De wind draait dan wel naar de noordelijke sector, maar de aangevoerde luchtmassa is nog zacht: rond -2°C op 850 hPa (ongeveer 1500 meter hoogte). Ook het zeewater is nog warm: rond 9 à 10°C in de noordelijke Noordzee en rond 11°C in de zuidelijke Noordzee. Zolang de wind vanover zee komt, warmt de luchtmassa in de onderste luchtlagen behoorlijk op.
Maandag 26 november liggen de maxima in grote delen van Vlaanderen nog altijd rond of iets boven 10°C, dinsdag 27 november nog rond 7 à 8°C, woensdag 28 november rond 7°C (gebaseerd op het ensemblegemiddelde van ECMWF). De minima komen waarschijnlijk uit zo tussen +2°C en +4°C. Er valt geregeld neerslag. In Vlaanderen is dat gewone regen, in de (hoge) Ardennen kan die neerslag geleidelijk een winters tintje krijgen. In de Hoge Venen gaat het dan immers 's nachts wel lichtjes vriezen, overdag ligt het kwik er een paar graden boven nul.

Verdere trend
De vijftiendaagse ensembleverwachting laat daarna een gestage verdere afkoeling zien. In Vlaanderen zouden de maxima begin december uitkomen rond +4°C, vanaf 1 december is er volgens het EPS 50 procent kans op lichte vorst tijdens de nacht. IJsdagen (dagen dat het ook overdag blijft vriezen) berekent het EPS nog totaal niet voor Vlaanderen en ook de kans op matige vorst (-5°C of kouder) tijdens de nachten is vrijwel nul. Echt winters wordt het dus voorlopig nog niet in Vlaanderen. Het weer in de hoge Ardennen lijkt wel echte winterse trekjes te krijgen. Begin december is de kans op ijsdagen in de Hoge Venen ongeveer 75 procent en daar wordt dan wel matige vorst verwacht tijdens de nachten. Het is ook licht wisselvallig. Een sneeuwdek van enkele centimeters hoort er de eerste dagen van december zeker tot de mogelijkheden.

maandag 19 november 2012

België stilaan weer een schaatsland

Wie zegt dat ons land geen schaatscultuur heeft, die dwaalt. De oudste afbeeldingen van schaatsen zijn immers terug te vinden in Vlaanderen. En als er natuurijs ligt, staan ook wij massaal op de scherpe of iets minder scherpe ijzers. Na de wereldbekerwedstrijden in Heerenveen mogen we besluiten dat ook in het wedstrijdschaatsen België zich stilaan onder de grote mensen mengt.

Team Belgium in actie tijdens hun allereerste ploegenachtervolging. (foto: www.passion-for-skating.com)
"De toekomst van het schaatsen is gered. The Mass Start. Wat een spektakel", twitterde Erben Wennemars gisteren na afloop van dit nummer op het Thialf-ijs in Heerenveen. Hij heeft gelijk, maar er is wel nog wat werk aan de winkel voor de dames en heren van de ISU. Zo deelden ze de 41 schaatsers uiteindelijk op in twee groepen: een A-groep met 20 en een B-groep met 21 rijders. De "mass" werd daardoor al iets minder "mass". Bart Swings startte in de A-groep, maar zag teamgenoten Ferre Spruyt en Maarten Swings in de B-groep terecht komen en kon dus niet rekenen op hun hulp. Nederland mocht als enige land met 3 deelnemers starten in de A-groep en kon daardoor ten volle het ploegenspel spelen. Jorrit Bergsma trok in de aanval, Arjan Stroetinga en Christijn Groeneveld konden afwachten en twee ronden van het einde samen het hazenpad kiezen. Groeneveld werkte perfect af in de sprint, voor Stroetinga.
Luttele seconden voor de start kregen de deelnemers nog eens de spelregels meegedeeld van de jury. Dat was nodig, want de puntentelling met tussensprints en eindsprint is bepaald ingewikkeld gemaakt. Dat bleek ook na afloop. Bart Swings werd vierde in de eindsprint na Alexis Contin, kreeg dankzij behaalde punten in een tussensprint toch de derde plek toegekend, maar staat nu in de officiële uitslag op de website van de ISU uiteindelijk toch op de vierde plaats...
Dat Ferre Spruyt en Maarten Swings hun teamgenoot weldegelijk hadden kunnen helpen, bewijst de uitslag van de B-groep. Daarin werd Ferre vierde en Maarten zesde.

Twee Belgische records voor Peeters
Voor de Belgen begon de worldcup vrijdag met alweer een puike prestatie van Jelena Peeters. Ze werd op de 3000 meter twaalfde in de B-groep in 4:16.95, een verbetering van haar eigen Belgische record. Ferre Spruyt reed naar een 15de plaats in de B-groep bij de 5000 meter voor mannen, in 6:40.23, Maarten Swings werd 30ste in 6:57.69. In de A-groep schaatste Bart Swings in 6:29.87 naar de tiende plaats. Hij haalde daarmee 25 punten voor de worldcup.

Op zaterdag ging Jelena Peeters onverminderd door op haar elan. Met 2:04.69 verbeterde ze ook haar Belgische record op de 1500 meter, goed voor een 18de plaats in de B-groep. Kort daarna moest ze ook aan de slag in de Mass Start. Daarin werd ze 9de. Onze tweede Belgische vrouw aan de start, Nele Armée, kwam als 14de over de finish. Ze haalden daarmee respectievelijk 32 en 16 punten voor de wereldbeker.
Voor het eerst kwam ook een Belgisch Team aan de start van de ploegenachtervolging bij de mannen. België moest zonder tegenstander de baan op, altijd lastig bij een "achtervolging". Onze 3 Belgen legden de 3200 meter af in 3:57.02, uiteraard een Belgisch record. Dertiende en laatste, maar met nog veel progressiemarge.

Ook Belgisch record voor Swings
Op zondag kwam Bart Swings in actie in de A-groep op de 1500 meter. Met 1:47.46 reed hij met een nieuw Belgisch record naar een elfde plek en 24 wereldbekerpunten. Hoe het er in de Mass Start aan toe ging, heeft u hierboven al kunnen lezen.

Een mooi schaatsweekend voor onze Belgen dus. Nu ook Bart Veldkamp is binnengehaald als "technisch adviseur" van Team Belgium, zullen er ongetwijfeld nog vele volgen.

Met dank aan www.passion-for-skating.com voor het gebruik van de foto. Meer foto's op hun website en hun facebook-groep.

zaterdag 17 november 2012

Op naar een kouder novembereinde?

Nu toch al een aantal runs na elkaar zien we in de vijftiendaagse pluimverwachting van ECMWF een duidelijk dalende trend naar het einde van november toe. Ook het gemiddelde van het GFS-ensemble gaat op het einde van de verwachtingsperiode naar beneden. Uiteraard is het nog veel te vroeg om nu al te gaan verkondigen dat we op weg zijn naar winterweer, en evengoed kunnen de zachte oplossingen uiteindelijk toch de bovenhand halen.
Het meest opvallende vind ik dat het EPS nu al een aantal uitdraaien na elkaar met het noordoosten komt als overheersende windrichting op het einde van de vijftiendaagse termijn. Louter afgaand op de klimatologie zou dat het zuidwesten moeten zijn. Een groot deel van de 51 berekeningen wijken daar dus duidelijk van af.

We wachten geduldig af of deze trend zich de komende dagen verder zet.

De vijftiendaagse pluim voor het zuiden van Nederland, met op het einde van de periode een duidelijk dalende trend (bron: www.weerplaza.nl)


donderdag 15 november 2012

Zeeijs Noordpool nog altijd recordlaag

Hoe gaat het ondertussen met het zeeijs op de Noordpool? Niet goed dus. Nooit eerder lag er op 13 november zo weinig zeeijs. Het oppervlak met minstens 15 procent zeeijs (de "area") bedraagt momenteel 7,16 miljoen vierkante kilometer. Dat is 1,815 miljoen vierkante kilometer minder dan het langjarige gemiddelde (1979-2008) en maar liefst 650.000 vierkante kilometer minder dan het vorige diepterecord op 13 november, in 2009.
De aangroei blijft vooral achterwege in de Barentszee (momenteel nog zo goed als ijsvrij) en de Kara Zee, dat is het zeegebied boven West-Siberië. Ook in de Beaufort Zee (Noord-Amerika) blijft de aangroei serieus achterwege.
In de Groenland Zee (tussen het oosten van Groenland en IJsland) is de oppervlakte zeeijs normaal voor de tijd van het jaar. Daar zagen we de voorbije weken dan ook geregeld een uitstroom van erg koude lucht, met ook op IJsland al erg winterse taferelen.
Met de verwachte drukverdeling voor de komende week, zit er voor de Barentszee niet meteen veel verbetering aan te komen.
Op de geografische Noordpool schommelt de temperatuur de komende week rond -18°C.

(Bron cijfermateriaal en grafiek: The Cryosphere Today)

woensdag 14 november 2012

Zachte zuidelijke stroming

Hogedrukweer in november en lage wolken: het blijft een moeilijke combinatie voor wie een perfecte weersverwachting wil opmaken. De opklaringen gisteren (zie vorige bijdrage) bleven een paar uur langer uit dan verwacht, waardoor de zon vrijwel overal verstek liet gaan en het kwik de voorbije nacht minder diep onderuit ging dan eerst verwacht. De lichte vorst op grote schaal bleef dan ook uit.

Inmiddels is de zon op veel plaatsen wel van de partij. De maxima vandaag komen uit rond 10°C. Komende nacht blijft het in eerste instantie nog helder, waardoor het vriespunt op veel plaatsen wel wordt bereikt. Morgen donderdag zijn nevel, mist en lage wolken opnieuw hardnekkig. Het wordt dan niet veel zachter dan 6 of 7 graden. In de nacht van donderdag op vrijdag koelt het daardoor ook minder af en blijft het kwik licht positief.
Zaterdag verliest de hoge luchtdruk zijn greep op ons weer. Het wordt dan opnieuw wisselvalliger, maar ook gevoelig zachter met maxima tot 12°C. We bevinden ons dan immers in een zuidelijke stroming.

Op winterse ontwikkelingen hoeven we voorlopig niet te rekenen. Volgende week ligt er een hogedrukgebied boven het oosten van Europa en het zuiden van Rusland. Dat blokkeert erg grondig elke uitval van koude continentale lucht naar onze omgeving. Meer nog: heel Europa en Scandinavië stromen vol met erg zachte lucht en van enig winterweer is letterlijk in de verste verte geen enkele sprake. Zelfs als de grondkaarten later in de verwachtingsperiode een op het eerste gezicht gunstige drukverdeling laten zien, zal er in eerste instantie alleen zachte lucht worden aangevoerd.

Volgens het EPS is er een erg grote kans dat deze zuidelijke stroming aanhoudt tot minstens 25 november. De kans op nachtvorst in onze omgeving is vanaf overmorgen tot 25 november vrijwel nihil. Het gemiddelde voor de maximumtemperatuur ligt eerst rond 12°C, op het einde van de verwachtingsperiode rond 8°C. Geen enkele van de 51 EPS-leden berekent voor de komende twee weken een ijsdag voor Vlaanderen, zelfs een maximumtemperatuur onder de 5°C lijkt er niet in te zitten. Uiteraard is dat voor deze tijd van het jaar nog niet uitzonderlijk. De weerkundige winter begint pas op 1 december.

Een hogedrukgebied boven Oost-Europa blokkeert volgende week elke aanvoer van koude continentale lucht. Heel Euorpa en ook Scandinavië lopen vol met zachte lucht.


zondag 11 november 2012

Rustige en droge herfstdagen

Na het uiterst wisselvallige weer van de voorbije weken, krijgen we de volgende dagen een totaal ander aspect van de herfst te zien. We schakelen over op rustig hogedrukweer, wat zorgt voor die typische novemberdagen: weinig wind, droog, soms wat zon maar vaak ook mist en lage bewolking, 's nachts kans op een graadje vorst en maxima rond 10°C.

De voorbije weken maakten vooral Atlantische depressies de dienst uit, met veel regen en soms ook heel wat wind. Daar komt vanaf vandaag voorlopig een eind aan. Het hogedrukgebied van de Azoren breidt zich uit naar het noordoosten, naar onze omgeving dus. Zoals dan wel vaker gebeurt, splitst zich daarbij een nieuwe hogedrukkern af, die zich vestigt boven Europa. Dat gebeurt dinsdag. Woensdag vinden we deze stevige kern (1035 hPa) terug boven Polen. Bij ons staat dan een oostelijke tot zuidoostelijke stroming. De rest van de week blijft de kern ten oosten van ons liggen, gelukkig wel dicht genoeg om Atlantische storingen op afstand te houden. Pas vanaf zondag zou het hogedrukgebied zich wat verder terugtrekken naar het oosten, waardoor de kans op neerslag opnieuw toeneemt. Maar goed, die evolutie moeten we uiteraard nog afwachten.

Woensdag: een hogedrukkern boven Polen stuurt droge continentale lucht naar onze omgeving. (Bron: Wetterzentrale, ECMWF)

Het wordt dus rustig en droog, maar niet echt koud. Door de positie van de hogedrukkern wordt komende week op grotere hoogte zachte lucht aangevoerd: tussen +5 en +10°C op 850 hPa (ongeveer 1500 meter hoogte). In heldere nachten kan het wel een graadje vriezen. Dat betekent ook dat we te maken krijgen met een inversie, waardoor vocht en - jammer genoeg - ook luchtvervuiling gevangen blijven zitten in een dunne laag aan de grond. Dat verklaart waarom de kans op mist en lage bewolking toeneemt, vooral vanaf donderdag. De zon is immers deze tijd van het jaar vaak niet krachtig genoeg om het aardoppervlak genoeg te verwarmen om het gecondenseerde vocht overdag opnieuw te laten verdampen.

Van dag tot dag

Vandaag zondag is het vrij zonnig, met plaatselijk ook al enkele hardnekkige lage wolken. De maxima liggen rond 10 à 11°C. Komende nacht is het licht bewolkt en kan het kwik al tot in de buurt van het vriespunt zakken, al blijft het op veel plaatsen licht positief. Ook morgen krijgen we een afwisseling van zonnige en enkele meer bewolkte periodes, met maxima rond 10°C. In de nacht van maandag op dinsdag hangt er wat meer bewolking, zodat het niet echt afkoelt. De minima liggen rond 5 à 6°C.
Dinsdag begint nog grijs, maar in de loop van de dag wordt het zonnig. Het is een bijzonder aangename herfstdag, met maxima rond 11°C. In de nacht van dinsdag op woensdag blijft het helder, waardoor het op grote schaal tot lichte vorst komt. De minima liggen op veel plaatsen enkele graden onder het vriespunt.
Woensdag is het eerst nevelig of mistig, daarna vrij zonnig met maxima rond of iets boven 10°C. In de nacht van woensdag op donderdag opnieuw op grote schaal lichte vorst in Vlaanderen.

Vanaf donderdag zouden mist en lage bewolking veel hardnekkiger zijn. Dat betekent dat de maxima iets minder hoog uitkomen en de minima iets minder laag. Het blijft voorlopig wel nog droog.
Kijken we naar het EPS voor de verdere trend, dan zien we tijdelijk de temperatuur wat stijgen rond 17 en 18 november. De oorzaak daarvan is een strakke zuidelijke stroming aan de westelijke flank van het Europese hogedrukgebied. Maxima tussen 12 en 15°C zouden dan mogelijk zijn. Daarna vertoont de temperatuur weer een dalende trend. Aangezien we dan al in de tweede helft van november zijn, is dat uiteraard niet meer dan normaal.

donderdag 8 november 2012

Sterke Jelena Peeters, nieuwe website KBSF


Het nieuwe schaatsseizoen komt stilaan op gang. Ik heb daarom wat nieuws bij elkaar gesprokkeld uit het Belgische schaatskamp.

Sterke Jelena Peeters
Bij de dames laat Nele Armée dit seizoen de Wereldbekerwedstrijden links liggen. Zij concentreert zich met haar team op de Nederlandse marathoncompetitie. Dat betekent dat de 27-jarige Jelena Peeters uit Wuustwezel dit seizoen voluit haar kans kan gaan in de Worldcups. Peeters heeft trouwens al uitstekend gepresteerd in dit prille seizoen. Ze verbeterde in oktober op het ijs van Erfurt en Eindhoven al 3 Belgische records: op de 1000, 1500 en 3000 meter. Peeters bezit nu op alle afstanden het Belgisch Record. Alleen het record van de kleine combinatie (allround 500/1000/1500/3000 meter) staat nog op naam van Nele Armée. Aan het Europese Kampioenschap mogen dit jaar twee Belgische vrouwen deelnemen, zodat we in principe op het EK in Heerenveen (11-13 januari) zowel Peeters als Armée aan het werk zullen zien.

Bondscoaches Spruyt en van Dijk
De nationale mannenploeg traint dit seizoen onder coach Jelle Spruyt. Die ploeg bestaat uit Bart Swings, Maarten Swings, Ferre Spruyt,Wannes Van Praet en junior Quinten Vandensande. Bij de dames bestaat de nationale selectie uit Nele Armée, Jelena Peeters en juniore Anne Michiels. Zij trainen onder bondscoach Margo van Dijk. Deze Nederlandse heeft ervaring als coach op de ijsbanen van Geleen en Eindhoven en trainde onder meer nog Frauke Oonk en zelfs Ireen Wüst.

Nieuwe website KBSF
De Koninklijke Belgische Snelschaatsfederatie (KBSF) heeft een totaal vernieuwde website. De site besteedt aandacht aan shorttrack en langebaanschaatsen. Voorlopig is er geen aparte rubriek voor het marathonschaatsen, maar deze sporttak wordt in België niet zo veel beoefend. Vrijwel alle Belgen die uitkomen op marathon, zijn in hoofdzaak actief op de langebaan.

Erkende nationale sportfederaties zijn in België verplicht om twee vleugels te hebben: een Vlaamse en een Franstalige. Dat is ook het geval bij de KBSF, die onderverdeeld is in de Vlaamse Snelschaatsbond (VSB) en de Fédération Francophone de Patinage de Vitesse (FFPV). Deze opdeling is vrij theoretisch, want de FFPV is niet meer actief en bestaat alleen nog op papier. De FFPV heeft geen bestuur meer en er zijn ook geen officieel erkende Waalse of Brusselse snelschaatsclubs.

maandag 5 november 2012

Wisselvallige herfstweer houdt aan

Het wisselvallige herfstweer dat we nu al een tijdje kennen, houdt voorlopig nog aan. De maxima schommelen daarbij meestal rond de 10°C, woensdag en donderdag is het enkele graden zachter. De minima liggen de komende week rond 5°C. Aanwijzingen voor een vroege winterinval zijn er nog niet te vinden.

De komende dagen bevinden we ons op de noordelijke flank van een hogedrukgordel en hebben we bijgevolg te maken met een westelijke stroming. Dinsdag en woensdag slaagt die hoge luchtdruk er in om actieve storingen uit te buurt te houden, zodat het overwegend droog blijft. In de nacht van dinsdag op woensdag trekt wel een zwak warmfront van west naar oost over ons land, maar dat lost weinig neerslag. (Update 06/11: het warmfront wordt nu wat actiever ingetekend en kan toch een 2-tal mm neerslag opleveren.)
Woensdag overdag krijgen we meer opklaringen. Donderdag zorgt het koufront ervoor dat de buienneiging weer toeneemt.

Tegen volgend weekend diept zich vlak ten westen van onze omgeving een trog uit. De westelijke stroming ruimt dan plaats voor een zuidelijke. Voor de temperatuur maakt dat weinig verschil uit, want de zuidenwind voert met een ommetje maritiem polaire lucht aan. Er valt dan opnieuw wel veel regen. Winterse neerslag hoeven we voorlopig niet te verwachten.

Noordpool
Het zeeijs aan de Noordpool groeit nu zoals verwacht snel aan, maar dat volstaat voorlopig niet om het tekort weg te werken. We zitten nog altijd met een "diepterecord": nooit eerder lag er op 5 november zo weinig zeeijs als dit jaar (6,6 miljoen vierkante kilometer). Het verschil met de vorige jaren is wel kleiner geworden. Op de geografische Noordpool is het nu rond -24°C. In het weekend loopt het kwik er op tot -15°C. De zuidelijke stroming die er bij ons dan staat, loopt immers helemaal door tot aan de Noordpool en doet de temperatuur daar een graad of tien oplopen. De laagste temperaturen op het noordelijk halfrond vinden we dan terug in het oosten van Siberië: tussen -20° en -30°C. Ook dat is voor de tijd van het jaar niet uitzonderlijk koud.

Het zeeijs aan de Noordpool groeit snel aan, maar is nog altijd recordlaag voor de tijd van het jaar (gele lijn). Bron: cryosphere today.