De polaire lucht zorgt vandaag voor fraaie buien aan zee (foto: Greet Velghe) |
De noordelijke tot noordwestelijke stroming wordt gegangmaakt door een complex lagedrukgebied boven Scandinavië en zwak hogedrukgebied tussen IJsland en Schotland. Deze ochtend lag de temperatuur op 850 hPa (ongeveer 1500 meter hoogte) rond -4°C. Dat is absoluut nog niet voldoende om in de kustregio bij een noordelijke stroming winterse buien op te leveren, laat staan sneeuwbuien.
Vannacht zakt de hogedrukkern weg richting Schotland, met een uitloper naar onze omgeving. Daardoor valt de wind boven het binnenland vrijwel volledig weg. Bij voldoende opklaringen kan het kwik op het Oost-Vlaamse platteland dan dicht tegen het vriespunt uitkomen.
Morgen zaterdag heeft het hogedrukgebied een tweede grondkern ontwikkeld, nabij Polen. De wigas loopt vrijwel pal boven ons hoofd. We krijgen dus erg rustig weer en de hogedrukinvloed onderdrukt de buienneiging vrijwel compleet. Op 850 hPa is de temperatuur verder gedaald, tot rond -5°C. Op normale waarnemingshoogte mogen we in de omgeving van Gent maxima verwachten rond 6°C.
In de nacht van zaterdag op zondag ligt er een depressiekern boven de Golf van Biskaje. De wind draait bij ons naar de oostelijke sector en voert vrij koude landlucht aan. De aanspannende wind mengt de onderste luchtlagen én de bewolking neemt toe, waardoor de minima nipt boven het vriespunt blijven.
Zondag ligt de temperatuur op 850 hPa rond -4°C à -5°C. In combinatie met een oostelijke wind is dat in principe voldoende om neerslag als sneeuw te laten vallen (uiteraard komen er nog heel wat andere parameters bij kijken), maar de neerslagzone blijft ten zuiden van Vlaanderen. We krijgen zondag eerst vrij veel bewolking, met in de loop van de namiddag steeds bredere opklaringen. Door de koude oostelijke wind liggen de maxima niet veel hoger dan 4°C.
In de nacht van zondag op maandag krijgen we brede opklaringen, met minima in de regio van Gent rond het vriespunt. Maandagmiddag is de hogedrukkern weggezakt tot boven het Kanaal. met een uitloper richting Duitsland. De wigas ligt opnieuw zowat boven onze omgeving. Ten noorden van die as stroomt zachtere zeelucht binnen, ten zuiden bevindt er zich nog koudere landlucht. De zeelucht lijkt het in onze omgeving te halen, waardoor de maxima op maandag al oplopen tot rond 8°C. Het is mogelijk dat een Noordzeebui tot onze omgeving kan doordringen.
Dinsdag ligt de hogedrukkern pal boven ons hoofd. Opnieuw schommelen de minima dan rond het vriespunt, met mogelijk wat lichte vorst op het platteland. Mogelijk zorgt hardnekkige mist ervoor dat de maxima rond 3°C blijven steken. Als de zon de mist toch kan verdrijven, liggen ze rond 7°C.
Ook woensdag liggen we nog altijd in de hogedrukkern. Nevel, mist en lage bewolking zijn daardoor voorlopig moeilijk in te schatten. Klaart het tijdens de nacht op, dan vriest het woensdagochtend licht. Blijft er lage bewolking hangen, dan zijn de minima licht positief. De maxima liggen rond 4°C.
Voor de verwachting vanaf donderdag laten we de operationele berekeningen los en kijken we naar de ensembles. De hogedrukgordel boven onze omgeving houdt op donderdag nog stand, maar wordt vanaf vrijdag naar het zuiden weggeduwd. Tegelijk zien we dan voor de Noorse kust een diepe depressie liggen. We komen dus in een klassieke westciruclatie terecht, met wisselvallig weer, minima rond 3°C en maxima rond 8°C. Maandag zou de kern van het complexe lagedrukgebied zich boven Scandinavië vestigen, maar dat heeft weinig gevolgen voor het weerbeeld bij ons. Het wisselvallige weer met temperaturen die normaal zijn voor de tijd van het jaar, blijft dan aanhouden.
Situatie in Zweden
In het noorden van Zweden (Lapland) blijft het de komende tien dagen vriezen. Alleen op woensdag 4 december kan het kwik daar eventjes richting vriespunt gaan. De dagen zijn er momenteel erg kort, maar ik zag deze week beelden van een groep schaatsers die er aan de scherenkust rond Luleå gewoon met sterke zaklampen op uit trokken. Zo kan het dus ook.
Iets verder naar het zuiden, rond Umeå, vriest het stevig tot en met maandag 2 december, met vrijwel permanent temperaturen tussen -12°C en -5°C. Er hangt weinig bewolking, dus de ijsvloer in die regio kan stevig aangroeien. Daarna komt er meer dan waarschijnlijk enkele dagen dooi, met positieve maxima tot +5°C en veel bewolking. De ijsvloer groeit uiteraard niet meer aan, maar zal ook niet al te erg worden aangetast. Schaatsmogelijkheden blijven er zeker en vast. Vanaf volgend weekend valt de vorst er opnieuw stevig in.
Eenzelfde beeld zien we voor de omgeving Sundsvall en Östersund.
De winter liet zich vandag in midden-Zweden van zijn beste kant zien. (bron: webcam Hassela) |
In de regio van Stockholm ligt het kwik de komende vier dagen meestal tussen 0 en -6°C. Er staat niet al te veel wind, waardoor er op verschillende plaatsen een ijsvloer kan groeien. Vanaf dinsdag loopt het kwik in deze regio wel flink op, met op vrijdag 6 december maxima die dicht tegen de +10°C kunnen oplopen.Vanaf zaterdag 6 december daalt de temperatuur er opnieuw, met misschien weer wat lichte vorst.
Schaatsoord Falun krijgt tot en met komende maandag vrijwel permanent lichte tot matige vorst (0° tot -9°C). Ook daar kan de ijsvloer dus aangroeien, maar vanaf dinsdag 3 december volgt er dan lichte dooi.
Nog wat meer naar het zuiden heeft de regio rond Linköping nu ook te maken met licht winters weer. Er is wat sneeuw gevallen en die wordt de komende dagen gevolgd door helder vriesweer. Dat kan voor de kleinere meertjes volstaan om dicht te vriezen. Of dat ook schaatsijs kan opleveren, dat zullen de lokale experts moeten onderzoeken. Maar ook deze regio krijgt vanaf dinsdag 3 december te maken met sterk oplopende temperaturen.
In het uiterste zuiden (Skåne, Blekinge) kan het de komende nachten hier en daar lichtjes vriezen, maar is er van schaatsijs geen sprake.