woensdag 19 januari 2022

Weten die Vlamingen iets af van schaatsen?

De voorbije weken kreeg mijn IJsverwachting er opvallend veel nieuwe volgers bij uit Nederland. Dank daarvoor. Voor hen is het misschien interessant om te lezen hoe het schaatsen leeft in Vlaanderen. Daarom deze kleine bijdrage.

Ondergelopen meersen aan de Leie in Deinze, februari 2021.


Laat ik meteen mijn eerste stokpaardje maar bovenhalen. Hoe vaak lezen we niet in de pers dat Vlaanderen geen schaatscultuur heeft? Compleet fout! Vlaanderen heeft wél een schaatscultuur. Dat merk je telkens weer als er natuurijs ligt. Plots haalt de helft van de Vlamingen één of meerdere paren schaatsen uit de kast of van de zolder en gaan ze massaal het ijs op. Dan blijkt telkens weer hoe verslingerd we zijn aan het schaatsen.

Helaas is de Vlaamse schaatser door de natuur wat minder bedeeld dan de Nederlandse. We hebben minder meren, kreken, kanalen en sloten dan in Nederland én we liggen iets zuidelijker, waardoor dat weinige water ook nog eens minder vaak bevriest. Meer dan eens zitten we in Vlaanderen jaloers te kijken naar schaatsers op natuurijs in het noorden van Nederland, terwijl er hier nog niet eens een vliesje ijs op het water ligt.

In het rolschaatsen en later skeeleren is België één van de toplanden in de wereld. Van Annie Lambrechts over Frank Fiers tot Bart Swings, Sandrine Tas en nog zovele anderen: allemaal zijn of waren ze wereldtop. Als je ziet waar hun clubs gevestigd zijn, dan valt er iets op: dat is telkens op plaatsen waar er vroeger veel werd geschaatst. Zo ligt de bekende skeelerpiste van Zandvoorde vlak naast de Keignaert, een kreek waar je perfect op kan schaatsen tijdens koude winters. De skeelerclubs van Evergem, Eeklo en Ertvelde liggen vlakbij de Meetjeslandse kreken. Er zijn ook veel skeeleraars in de buurt van de rivier de Leie. Oude, afgesneden meanders van die Leie zijn ook bekende schaatsplekken tijdens de winter. Kortom: overal waar er vroeger veel werd geschaatst, heb je nu ook skeelerclubs.

Twee van Belgiës bekendste schrijvers hebben elkaar in hun tienerjaren leren kennen tijdens het schaatsen op natuurijs. In 1878 ontmoette de latere Nobelprijswinnaar Literatuur Maurice Maeterlinck die andere bekende schrijver Cyriel Buysse tijdens het schaatsen op de ondergelopen meersen van Drongen, nabij Gent. Ze zouden altijd vrienden blijven. Buysse was een uitstekend schaatser en schreef  er later zelfs een roman over: De roman van den schaatsenrijder



Zelf heb ik leren schaatsen toen ik amper 4 jaar oud was. Uiteraard op natuurijs, want een kunstijsbaan in de buurt was er toen niet. Eerst op kunstschaatsjes, daarna op hockeyschaatsen en sinds 1985 op noren. Langebaanschaatsen volg ik op de voet en ik mis geen enkele grote wedstrijd op tv, maar niets kan voor mij tippen aan de oervorm van het schaatsen: marathonschaatsen op natuurijs. Niets kan er op tegen de strijd tegen de natuurelementen. Bittere kou, wind, sneeuw, scheuren,... Het hoort onlosmakelijk bij een wintersport als schaatsen.

Persbelangstelling voor de ijsmeester van de Kraenepoel in Aalter in februari 2018.


Dat dreigt mij bij mijn tweede stokpaardje te brengen: de moderne, overdekte ijsbanen met supersnel ijs hebben gezorgd voor fantastische prestaties en tijden, maar zijn tegelijk ook dodelijk geweest voor de internationale populariteit van het schaatsen. Bekijk de oude beelden van schaatswedstrijden in Oslo en Göteborg, in open stadions. Geen blokjes in de bochten, maar randjes van sneeuw. Vogelpoep op het ijs (nietwaar, Hilbert van der Duim). Sneeuwvegen tijdens de wedstrijd. Schaatsers die moeten beuken tegen de wind in. Ik geef toe: niet altijd gelijke omstandigheden. Maar wel met tienduizenden mensen op de tribunes. Iets waar het supersnelle, maar o zo steriele langebaanschaatsen van vandaag alleen maar kan van dromen. 

Het zet ook een rem op de internationale ontwikkeling van de sport. Heb je geen peperdure overdekte ijsbaan? Dan kan je het wel schudden. Geen grote toernooien die je nog mag organiseren, geen schaatsers in je land die kunnen wennen aan supersonisch snel ijs en die daardoor altijd met een achterstand aan de start komen. Kijk maar naar de teloorgang van het Zweedse langebaanschaatsen de voorbije decennia. Gelukkig is daar dan plots Nils Van der Poel, de Zweed die lekker zijn zin doet, zijn voeten veegt aan het steriele schaatsen en daar ook nog eens prachtige resultaten mee haalt op de lange afstanden. Zou het jullie verwonderen als hij de winnaar wordt van de volgende Elfstedentocht?

woensdag 12 januari 2022

Hogedrukgebied op de foute plek

 Als het hier een tijdje stil is, is dat meestal geen goed teken voor wie zit te wachten op natuurijs. Ook nu is dat het geval. Ons weer wordt bepaald door een hogedrukgebied, maar wel eentje dat op de totaal verkeerde plaats is terecht gekomen en vaak is dat een horrorscenario voor natuurijsliefhebbers in de Lage Landen. Het is een situatie die lang kan blijven aanhouden. 

De analysekaart van de voorbije nacht (bron kaart: ecmwf via wetterzentrale.de)


De kern van het hogedrukgebied ligt ten zuidwesten van Ierland, met een uitgebouwde wig naar Centraal-Europa. De wigas ligt dus ten zuiden van onze omgeving, en dat is een foute boel. We krijgen dan wel rustig hogedrukweer, maar met een zwakke westelijke tot noordwestelijke stroming, die zachte zeelucht laat binnensijpelen in de onderste lagen. Het kan dan wel eens een graadje vriezen 's nachts, maar er hangt vaak ook lage bewolking en mist. Overdag ligt de temperatuur enkele graden boven nul. Op mistige dagen kan het kwik ook overdag wel eens rond het vriespunt blijven hangen, maar veel levert dat niet op qua ijsvorming.

De komende week hoeven we geen verandering te maken. De hogedrukkern verplaatst zich soms wat, maar blijft steevast op een foute plek liggen. Er komt dus de eerstkomende 7 dagen weinig verandering in het weerbeeld: rustig maar vaak grijs met minima rond of iets boven het vriespunt en maxima rond een graad of 5. Natuurijs van betekenis zit er voorlopig niet in.

zondag 2 januari 2022

Minder extreem zacht, later wat winterse buien

Dat het voorbije jaareinde en Nieuwjaarsdag zowel in Nederland als in België de warmste waren sinds het begin van de officiële waarnemingen, daar kijken we helaas al lang niet meer van op. Op de westelijke flank van een hogedrukgebied met centrum boven de Alpen, werd in een sterke zuidelijke stroming subtropische lucht vanuit Noord-Afrika naar de Lage Landen getransporteerd.

Bron: UK Metoffice.


Ondertussen is het iets minder zacht geworden. De aangevoerde lucht komt niet langer vanuit Noord-Afrika, maar vanover de Atlantische Oceaan, uit het gebied net ten noorden van de Azoren. We spreken dan van gematigde lucht, nog altijd goed voor maxima rond 12°C. 

Vanaf dinsdag 4 januari bepaalt een lagedrukgebied voor de Noorse kust ons weerbeeld. De subtropische luchtmassa's in onze omgeving maken dan plaats voor polaire. Secundaire kerntjes nabij Ierland en Bretagne maken de verwachting ietwat onzeker. Vooral dinsdag valt er daarbij heel wat neerslag, bij maxima in de omgeving van Gent rond een graad of 8. In de Hoge Venen kan de regen 's avonds overgaan in sneeuw. 

Bron kaart: ecmwf via wetterzentrale.de


Woensdag 5 januari staat er een sterke noordwestelijke stroming in onze omgeving (zie kaart hierboven). In de onstabiele luchtmassa ontstaan er buien, die een winters karakter kunnen krijgen. Mogelijk valt er daarbij ook wat natte sneeuw in het laagland. De maxima liggen rond 6°C, dus een lang leven is een eventueel sneeuwdekje niet beschoren. Zelfs de kans op lichte vorst tijdens de nachten is klein. Het wordt dus wel gevoelig minder zacht dan de de voorbije dagen gewoon waren, maar echt winters kun je dit bezwaarlijk noemen.

Ook de dagen daarna blijft een westcirculatie de lakens uitdelen, met wisselvallig en vrij zacht weer. De hoofdberekening van het Europese weermodel laat begin volgende week een hogedrukkern zien ten noorden van onze omgeving. Daardoor zou het kouder kunnen worden, maar dat is nog lang niet zeker. Zolang er in het gebied tussen Groenland en Newfoundland ijskoude luchtmassa's de oceaan op blijven stromen, krijgt de westcirculatie brandstof en verloopt de opbouw van hoge luchtdruk op een voor ons gunstige plaats erg problematisch.

Voorlopig is er dus geen spraken van natuurijs in de Lage Landen, laat staan schaatsijs.

In het overgrote deel van Scandinavië blijft het koud en zijn er goede schaatsmogelijkheden, al kan sneeuwval nu en dan wel een spelbreker zijn.